In deze zaak heeft eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. A.A. Scholtmeijer, beroep ingesteld tegen de minister van Asiel en Migratie. Eiseres heeft gesteld dat de minister niet tijdig heeft beslist op haar asielaanvraag, ingediend op 23 augustus 2023. De rechtbank heeft de zaak zonder zitting beoordeeld en vastgesteld dat de beslistermijn is verstreken. Eiseres heeft de minister verzocht om alsnog binnen twee weken te beslissen, maar dit verzoek is niet ingewilligd. De rechtbank heeft geoordeeld dat het beroep ontvankelijk en kennelijk gegrond is. De minister is verplicht om alsnog een besluit te nemen op de aanvraag, waarbij rekening moet worden gehouden met het '8+8 wekenmodel'. Aangezien de bovengrens van 21 maanden is overschreden, heeft de rechtbank bepaald dat de minister binnen vier weken na de bekendmaking van de uitspraak een besluit moet nemen. Indien de minister deze termijn overschrijdt, is hij een dwangsom van € 100,- per dag verschuldigd, met een maximum van € 15.000,-. Daarnaast moet de minister de proceskosten van eiseres vergoeden, vastgesteld op € 453,50. De uitspraak is gedaan door mr. F. Sijens en openbaar gemaakt op rechtspraak.nl.