Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiser] ,
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
Wat ging er aan deze zaak vooraf?
13 mei 2022 in België een asielaanvraag had ingediend. De minister heeft daarom de Belgische autoriteiten op 12 december 2023 verzocht om eiser terug te nemen. De Belgische autoriteiten hebben dit verzoek op 18 december 2023 geaccepteerd. De verantwoordelijkheid van België voor eisers asielaanvraag is daarmee vast komen te staan.
8 mei 2024 [4] door deze rechtbank, zittingsplaats Utrecht. Eiser heeft hoger beroep ingesteld tegen die uitspraak bij de Afdeling [5] . Dit hoger beroep is bij uitspraak van 10 juni 2024 [6] eveneens ongegrond verklaard.
11 april 2025 [11] .
Conclusie en gevolgen
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit van 28 maart 2025;
- bepaalt dat de minister een nieuw besluit neemt op de asielaanvraag van eiser met inachtneming van deze uitspraak;
- bepaalt dat de minister de proceskosten van eiser moet vergoeden tot een bedrag van € 907,-.
mr.M.A. Hollander, griffier.