Uitspraak
Afschrift aan: mr. Huizer
1.De procedure
- de akte uitlaten producties van de zijde van Afnemers.
2.De feiten
Op 2 januari 2001 zijn zij met Dexia een effectenleaseovereenkomst aangegaan met de naam ‘Capital Effect’. Deze overeenkomst heeft contractnummer [nummer 2] (hierna: overeenkomst 2 en samen: de overeenkomsten).
3.De vordering en het verweer
1. voor recht zal verklaren dat Dexia toerekenbaar onrechtmatig heeft gehandeld jegens Afnemers,
2. Dexia zal veroordelen tot voldoening aan Afnemers van al datgene dat Afnemers aan Dexia hebben betaald onder de overeenkomsten, vermeerderd met de wettelijke rente daarover,
4. voor recht zal verklaren dat Dexia aansprakelijk is voor de door Afnemers geleden schade in verband met de hypothecaire lening, waaronder afsluitkosten, notariskosten en rente, te vermeerderen met de wettelijke rente,
5. Dexia zal veroordelen tot betaling van de buitengerechtelijke kosten van Afnemers, te vermeerderen met de btw,
6. Dexia zal veroordelen in de proceskosten en de nakosten.
4.De beoordeling
Afnemers zijn tijdens een bezoek aan een oud-collega in contact gekomen met een adviseur, de heer [betrokkene 1] , werkzaam bij NBG Finance, die daar aanwezig was. Een gesprek met de adviseur volgde. Eiser sub 1 vertelde dat hij voor een medische behandeling in het buitenland, die niet door de zorgverzekeraar vergoed werd, ƒ 60.000,- nodig had. De adviseur gaf aan dat het mogelijk was in korte tijd dat bedrag bijeen te brengen middels beleggen. Daarop is een huisbezoek afgesproken.
Bij het huisbezoek informeerde de adviseur naar de financiën en wensen van Afnemers. Er is gesproken over de wens om vermogen op te bouwen voor de medische behandeling en voor een aanvulling op het pensioen. De adviseur zei dat hij een geschikt product hiervoor had. Hij adviseerde een AEX-Plus Effect van Bank Labouchere af te sluiten. Na vijf jaar zou voldoende vermogen zijn opgebouwd de medische ingreep. Hij adviseerde ongeveer
ƒ 19.000,- van het spaargeld aan te wenden voor de vooruitbetaling van dit product, omdat Afnemers daarmee meer rendement zou gaan behalen dan op een reguliere spaarrekening. Afnemers besloten dit advies te volgen. De adviseur heeft de aanvraag voor de AEX Plus Effect overeenkomst in gang gezet.
Voor de andere doelstelling, het aanvullen van het pensioen, had de adviseur, volgens hem, ook een geschikt product. Met een Capital Effect van Bank Labouchere, zouden Afnemers veilig een aanzienlijk vermogen opbouwen. De adviseur beloofde zijn advies op papier te zetten en bij een volgend huisbezoek toe te lichten. Dat is bij een tweede huisbezoek ook gebeurd.
De adviseur adviseerde Afnemers om een deel van de beschikbare overwaarde op zijn woning te benutten door de hypotheek te verhogen en over te sluiten. Een vrijgekomen bedrag van ƒ 48.000,- konden Afnemers investeren in een Investeringsplan. Daarin stond dat het bedrag zou worden opgesplitst in een Aegon Vermogens Vliegwiel en een Capital Effect van bank Labouchere. De adviseur heeft Afnemers niet geïnformeerd over risico’s. Afnemers hebben vervolgens het advies gevolgd en zijn de overeenkomsten aangegaan. De adviseur heeft ook de hypotheek geregeld voor Afnemers.
4.10. Tussen partijen is niet in geschil dat NBG Finance Select niet beschikt over de voor beleggingsadvieswerkzaamheden noodzakelijke vergunning. Beoordeeld moet derhalve worden of sprake is geweest van concrete advisering door NBG Finance aan Afnemers.
Afnemers hebben stukken overgelegd ter onderbouwing van hun stellingen hieromtrent:
- een aanvraagformulier ten name van [eisende partij 1] voor een AEX Plus Effect, waarop als adviseur [betrokkene 1] , NBG Finance is vermeld en de datum 24 november 2000,
- een aanvraagformulier ten name van Afnemers voor een Capital Effect, waarop als adviseur [betrokkene 1] , NBG Finance is vermeld en de datum 22 december 2000,
- de overeenkomsten, waarop NBG Finance als adviseur vermeld is,
- een stuk met opschrift “Financieel Totaal Plan”, voorzien van het logo van NBG Finance:
“(…) Naam: de heer [eisende partij 1]Mevrouw [eisende partij 2](…)Wij hebben het genoegen u n.a.v. het prettige onderhoud van 26 oktober j.l. een Financieel Totaal Plan te mogen aanbieden.
- een stuk met opschrift Prognose Capital Effect, voorzien van de persoonsgegevens van [eisende partij 1] en ‘NBG Finance, [betrokkene 1] ’, met daarop diverse prognoses en rekenvoorbeelden,
- een nota van een notariskantoor van 30 januari 2001, gericht aan Afnemers, betreffende het afsluiten van een hypotheek van ƒ 150.000,00 en een hypotheek van ƒ 125.000,-
- een hypotheekakte.
4.12. Afnemers stellen dat Dexia wist of behoorde te weten dat de tussenpersoon een op hun persoon toegesneden beleggingsadvies gegeven heeft. Dexia betwist dit.
4.13. Dexia heeft deze gang van zaken niet voldoende weersproken. Hoewel het voorgaande betrekking heeft op de algemene gang van zaken bij de verkoop en bemiddeling van beleggingsproducten via en door tussenpersonen en daaruit niet blijkt dat Dexia concrete wetenschap heeft gehad van de advisering van de tussenpersoon aan Afnemers, komt uit deze stukken wel naar voren dat Dexia ermee bekend moet zijn geweest dat door sommige tussenpersonen op grote schaal individueel persoonlijk financieel advies werd gegeven.
In diverse uitspraken van verschillende rechtbank is overwogen en beslist dat in zijn algemeenheid uit de door Leaseproces in vele procedures (waaronder deze) overgelegde stukken het beeld naar voren komt, dat Dexia ermee bekend moet zijn geweest dat Spaar Select op grote schaal individueel persoonlijk financieel advies gaf. De rechtbank betrekt hierbij ook het oordeel van het Gerechtshof Den Haag, neergelegd in het arrest van
12 september 2017, ECLI:NL:GHDHA:2017:2530, waarin is geoordeeld over de wetenschap destijds van Dexia, haar gerichtheid op het op grote schaal door tussenpersonen adviseren over effectenleaseproducten, ook door cliëntenremisiers, de wetenschap van Dexia van de op stelselmatig adviseren gerichte werkwijze van Spaar Select en het belang van Spaar Select als tussenpersoon.
4.14. Het had daarom op de weg van Dexia gelegen om bij de totstandkoming van leaseovereenkomsten, zoals in dit geval de overeenkomsten met Afnemers, navraag te doen bij de tussenpersoon of de desbetreffende klant de overeenkomst(en) is aangegaan op advies van de tussenpersoon, teneinde te kunnen beoordelen of zij de overeenkomsten met Afnemers kon en mocht aangaan. Dat Dexia in deze zaak enig concreet hierop gericht onderzoek heeft verricht is gesteld noch gebleken. Zij had derhalve behoren te weten dat Afnemers door de tussenpersoon zijn geadviseerd.
5. De beslissing
(ME)