In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Gelderland het beroep van eiseres tegen de door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Apeldoorn verleende omgevingsvergunning voor het veranderen van het gebouw De Linde in 30 zelfstandige woningen voor de huisvesting van asielzoekers. De rechtbank heeft op 14 september 2022 de zaak behandeld, waarbij eiseres, het college en de vergunninghouder aanwezig waren. Eiseres heeft bezwaar gemaakt tegen de omgevingsvergunning, maar het college heeft dit bezwaar niet-ontvankelijk verklaard, omdat eiseres volgens het college geen belanghebbende is.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de vergunninghouder op 7 april 2021 een aanvraag voor de omgevingsvergunning heeft ingediend en dat het college op 29 juli 2021 de vergunning heeft verleend. Eiseres heeft in haar beroep aangevoerd dat zij als belanghebbende moet worden aangemerkt, omdat zij zich bezighoudt met de komst van een asielzoekerscentrum en de effecten daarvan op de leefomgeving. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de feitelijke werkzaamheden van eiseres, die voornamelijk gericht zijn op het voeren van juridische procedures, niet voldoende zijn om als belanghebbende te worden aangemerkt.
De rechtbank concludeert dat het college terecht heeft beslist dat eiseres niet als belanghebbende kan worden aangemerkt en dat het beroep ongegrond is. De uitspraak is gedaan door mr. A.L.M. Steinebach – de Wit, in aanwezigheid van mr. F.M. van den Assem, griffier. Eiseres kan binnen zes weken na verzending van de uitspraak hoger beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.