ECLI:NL:RBHAA:2007:BH9333
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - meervoudig
- A.M. van Amsterdam
- A.P.M. van Rijn
- M.J. Leijdekker
- Rechtspraak.nl
Afkoop van pachtovereenkomst en stakingswinst in het belastingrecht
In deze zaak heeft de Rechtbank Haarlem op 12 maart 2007 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser X en de inspecteur van de Belastingdienst te P. Eiser, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde A van B Belastingadviseurs, heeft beroep ingesteld tegen een aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen voor het jaar 2000, waarbij een belastbaar inkomen van f 473.558 (€ 214.891) was vastgesteld. De zaak draait om de vraag of de vergoeding van f 709.875 voor de afkoop van een pachtovereenkomst geheel of gedeeltelijk tot de stakingswinst van eiser behoort.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de pachtovereenkomst op zakelijke basis tot stand is gekomen, ondanks dat eiser de pachter tot de familiekring behoort. De pachtersvoordeelresolutie van 4 maart 1988 is niet van toepassing, omdat eiser nooit eigenaar is geworden van de gronden. De rechtbank heeft de stellingen van eiser, dat de ontvangen vergoeding om persoonlijke redenen onbelast zou moeten blijven, verworpen. Eiser heeft niet aangetoond dat hij daadwerkelijk aanspraak heeft gemaakt op zijn legitieme portie in de onverdeelde boedel van zijn ouders, en de rechtbank concludeert dat de pachtersvoordeelresolutie niet van toepassing is op zijn situatie.
De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard en bevestigd dat de ontvangen vergoeding volledig tot de stakingswinst behoort. De uitspraak is openbaar uitgesproken door de rechters A.M. van Amsterdam, A.P.M. van Rijn en M.J. Leijdekker, in aanwezigheid van griffier drs N. Hoens. Tegen deze uitspraak staat hoger beroep open bij het gerechtshof te Amsterdam.