Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
- het verzoekschrift
- het verweerschrift
- de aantekeningen van de griffier van de mondelinge behandeling d.d.
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 25 februari 2015 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen DHL Finance Services B.V. en een werknemer, hierna aangeduid als [verweerder]. De werknemer was sinds 1 december 2000 in dienst bij DHL en bekleedde de functie van Senior Mailroom Agent. Door bedrijfseconomische omstandigheden, waaronder een reorganisatie, was de functie van [verweerder] komen te vervallen. DHL verzocht de arbeidsovereenkomst te ontbinden met ingang van 1 juni 2015 en bood een ontslagvergoeding van € 74.674,00 bruto aan.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat er geen opzegverbod van toepassing was en dat de werknemer, hoewel arbeidsongeschikt, de noodzaak van ontbinding van de arbeidsovereenkomst onderkende. De kantonrechter oordeelde dat er voldoende gewichtige redenen waren voor ontbinding van de arbeidsovereenkomst, aangezien de werknemer niet kon worden herplaatst in een functie van gelijkwaardig niveau. De kantonrechter heeft de ontbinding van de arbeidsovereenkomst per 1 juni 2015 uitgesproken en de ontslagvergoeding van € 74.674,00 bruto toegewezen aan de werknemer. Tevens zijn de proceskosten gecompenseerd, zodat iedere partij haar eigen kosten draagt.
Deze beschikking is openbaar uitgesproken door mr. J.F.W. Huinen, die de zaak heeft behandeld. De uitspraak is van belang voor de rechtspraktijk, vooral in situaties waarin bedrijfseconomische redenen leiden tot ontbinding van arbeidsovereenkomsten.