ECLI:NL:RBLIM:2023:2515

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
31 maart 2023
Publicatiedatum
13 april 2023
Zaaknummer
10338366 AZ 23-12
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vergoeding wegens niet nakomen aanzegverplichting en transitievergoeding in arbeidsovereenkomst

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 31 maart 2023 uitspraak gedaan in een verzoekschrift van [verzoekster] tegen DOT Personeel B.V. De verzoekster, geboren in 1986, was werkzaam als operationeel manager bij DOT Personeel op basis van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd. Deze overeenkomst eindigde op 3 februari 2023, maar DOT Personeel heeft verzuimd om de verzoekster tijdig te informeren over het al dan niet voortzetten van de arbeidsovereenkomst, wat in strijd is met de aanzegverplichting uit het Burgerlijk Wetboek. De verzoekster heeft daarom een aantal vorderingen ingesteld, waaronder een vergoeding voor het niet nakomen van de aanzegverplichting, een transitievergoeding, en vergoedingen voor opgebouwde maar niet genoten vakantiedagen en vakantiebijslag. DOT Personeel is niet verschenen op de zitting van 23 maart 2023.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat de door de verzoekster gestelde feiten niet zijn weersproken door DOT Personeel. Hierdoor heeft de rechter geoordeeld dat de vorderingen van de verzoekster toewijsbaar zijn. De rechter heeft DOT Personeel veroordeeld tot betaling van de gevorderde bedragen, inclusief wettelijke rente, en heeft de proceskosten aan de zijde van de verzoekster begroot op € 773,00. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders verzochte is afgewezen.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
Zaaknummer: 10338366 AZ VERZ 23-12
Beschikking van de kantonrechter van 31 maart 2023
in de zaak van
[verzoekster],
wonend aan de [adres] , [woonplaats] ,
verzoekende partij,
gemachtigde mr. J.T.J. Poell,
tegen
DOT PERSONEEL B.V.,
statutair gevestigd te Maastricht, mede gevestigd en kantoorhoudend aan Klein-Haasdal 63, 6333 AJ Schimmert,
verwerende partij,
niet verschenen.
Partijen zullen hierna [verzoekster] en DOT Personeel genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift
  • de mondelinge behandeling van 23 maart 2023
1.2.
Ten slotte is beschikking bepaald.

2.De feiten

2.1.
[verzoekster] , geboren op [geboortedatum] 1986, is op 4 juli 2022 krachtens arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd, voor de duur van zeven maanden, bij DOT Personeel in dienst getreden in de functie van operationeel manager tegen een loon van
€ 2.773,33 bruto per maand, exclusief vakantiebijslag en overige emolumenten.

3.Het geschil

3.1.
[verzoekster] verzoekt DOT Personeel binnen twee dagen na de beschikking te veroordelen tot betaling van:
  • € 2.773,33 bruto wegens het niet nakomen van de aanzegverplichting als bedoeld in artikel 7:668 lid 1, onderdeel a, van het Burgerlijk Wetboek (BW),
  • € 582,40 bruto aan transitievergoeding als bedoeld in artikel 7:673 BW, vermeerderd met de maximale wettelijke verhoging van 50%,
  • € 2.017,09 bruto aan vergoeding van opgebouwde doch niet genoten vakantiedagen,
  • € 1.588,42 bruto ter zake eindafrekening vakantiebijslag, voorwaardelijk voor het geval dit bedrag (nog) niet verschuldigd is en/of (nog) niet betaald dient te worden op basis van het kort geding vonnis van 2 februari 2023 onder zaaknummer 10272536 CV EXPL 23-118, vermeerderd met de maximale wettelijke verhoging van 50%,
  • € 723,06 aan vergoeding buitengerechtelijke kosten,
  • de wettelijke rente over de hiervoor genoemde bedragen vanaf 4 januari 2023 c.q. de dag dat die bedragen verschuldigd zijn tot de dag van algehele voldoening,
  • de proceskosten, vermeerderd met de wettelijke rente.
3.2.
[verzoekster] legt daaraan ten grondslag - kort weergegeven - dat de voor bepaalde tijd aangegane arbeidsovereenkomst op 3 februari 2023 is geëindigd en dat DOT Personeel verzuimd heeft om haar uiterlijk een maand daarvoor te informeren over het al dan niet voortzetten van de arbeidsovereenkomst. Verder heeft DOT Personeel geen transitievergoeding aan haar betaald en blijft DOT Personeel ondanks sommatie in gebreke met het opmaken van de eindafrekening en uitbetaling van loon.
3.3.
DOT Personeel is niet verschenen.

4.De beoordeling

4.1.
De door [verzoekster] gestelde feiten en omstandigheden zijn niet door DOT Personeel weersproken, zodat de kantonrechter uitgaat van de juistheid hiervan.
4.2.
De niet weersproken vorderingen zullen worden toegewezen. De termijn van betaling zal worden gesteld op veertien dagen na betekening van deze beschikking. Met toepassing van artikel 7:686a lid 1 BW zal de gevorderde wettelijke rente over de transitievergoeding worden toegewezen, te rekenen vanaf een maand na de dag waarop de arbeidsovereenkomst is geëindigd.
4.3.
DOT Personeel zal, als de in het ongelijk gestelde partij, worden veroordeeld tot betaling van de kosten van deze procedure. De kosten aan de zijde van [verzoekster] worden begroot op:
- griffierecht € 244,00
- salaris gemachtigde
€ 529,00
Totaal € 773,00.
4.4.
De gevorderde wettelijke rente over de proceskosten zal op de hierna onder 5.2 weergegeven wijze worden toegewezen.

5.De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
veroordeelt DOT Personeel om binnen veertien dagen na betekening van deze beschikking aan [verzoekster] te betalen:
  • € 2.773,33 bruto wegens het niet nakomen van de aanzegverplichting als bedoeld in artikel 7:668 lid 1, onderdeel a, BW, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de datum van opeisbaarheid tot aan de dag van volledige betaling,
  • € 582,40 bruto aan transitievergoeding als bedoeld in artikel 7:673 BW, vermeerderd met de maximale wettelijke verhoging ex artikel 7:625 BW van 50% en de optelsom eveneens te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag van opeisbaarheid tot aan de dag van volledige betaling,
  • € 2.017,09 bruto aan vergoeding van opgebouwde doch niet genoten vakantiedagen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de dag van opeisbaarheid tot aan de dag van volledige betaling,
  • € 1.588,42 bruto ter zake eindafrekening vakantiebijslag, voorwaardelijk voor het geval dit bedrag (nog) niet verschuldigd is en/of (nog) niet betaald dient te worden op basis van het kort geding vonnis van 2 februari 2023 onder zaaknummer 10272536 CV EXPL 23-118, vermeerderd met de maximale wettelijke verhoging ex artikel 7:625 BW van 50% en de optelsom eveneens te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag van opeisbaarheid tot aan de dag van volledige betaling,
  • € 723,06 aan vergoeding buitengerechtelijke kosten, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de dag van opeisbaarheid tot aan de dag van volledige betaling,
5.2.
veroordeelt DOT Personeel tot betaling van de proceskosten, aan de zijde van [verzoekster] tot de uitspraak bepaald op € 773,00, bij gebreke van betaling binnen veertien dagen na betekening van deze beschikking te vermeerderen met de wettelijke rente met ingang van de vijftiende dag na betekening tot de dag van volledige betaling,
5.3.
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad,
5.4.
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mr. R.H.J. Otto en is in het openbaar uitgesproken.
CJ