ECLI:NL:RBMNE:2023:2088
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van het beroep tegen het besluit tot onderzoek naar rijgeschiktheid na drugsgebruik
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiser tegen het besluit van verweerder, de algemeen directeur van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen, waarin eiser wordt verplicht om medewerking te verlenen aan een onderzoek naar zijn drugsgebruik en zijn rijbewijs is geschorst. Het primaire besluit werd op 18 oktober 2022 genomen, waarna eiser bezwaar maakte. Het bestreden besluit van 24 november 2022 bevestigde het eerdere besluit, waarna eiser beroep instelde. De rechtbank behandelde het beroep op 9 maart 2023, waarbij zowel eiser als de gemachtigde van verweerder aanwezig waren.
De rechtbank stelt vast dat verweerder op basis van een mededeling van de politie, waarin werd aangegeven dat eiser onder invloed van drugs een voertuig bestuurde, het onderzoek naar rijgeschiktheid heeft opgelegd. Eiser had 9,2 microgram THC per liter bloed, wat boven de toegestane grenswaarde ligt. Eiser betwistte dat hij onder invloed had gereden en voerde aan dat het THC-gehalte in zijn bloed afkomstig was van cannabisgebruik een halve dag eerder. De rechtbank oordeelt dat verweerder de bevindingen van de politie aan zijn besluit ten grondslag heeft mogen leggen, aangezien eiser geen concrete aanknopingspunten heeft aangedragen om aan de juistheid van deze bevindingen te twijfelen.
De rechtbank concludeert dat het opleggen van een onderzoek naar de rijgeschiktheid gerechtvaardigd was en dat de schorsing van het rijbewijs rechtmatig is. Eiser komt niet in aanmerking voor een proceskostenvergoeding. Het beroep wordt ongegrond verklaard.