In deze zaak heeft eiseres beroep ingesteld tegen de Belastingdienst/Toeslagen, omdat verweerder volgens haar niet tijdig heeft beslist op haar bezwaar van 20 februari 2023 tegen de definitieve beschikking compensatie kinderopvangtoeslag. De rechtbank heeft op 14 maart 2024 uitspraak gedaan in deze enkelvoudige bestuursrechtelijke procedure. Eiseres heeft op 31 oktober 2023 een verweerschrift ontvangen van verweerder, waarop zij heeft gereageerd. De rechtbank heeft besloten partijen niet uit te nodigen voor een zitting, omdat dit in deze zaak niet nodig was. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn is overschreden en dat eiseres meer dan twee weken na de ingebrekestelling beroep heeft ingesteld. De rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard en verweerder opgedragen om alsnog binnen zes weken na de uitspraak een besluit op bezwaar bekend te maken. Tevens is er een dwangsom van € 100,- per dag opgelegd voor elke dag dat verweerder de beslistermijn overschrijdt, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres heeft recht op een vergoeding van de proceskosten, die door verweerder moet worden betaald, ter hoogte van € 218,75. De uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.