In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, enkelvoudige kamer, wordt het beroep van eiseres behandeld tegen de Belastingdienst/Toeslagen. Eiseres heeft bezwaar gemaakt tegen de definitieve beschikking compensatie kinderopvangtoeslag, maar stelt dat verweerder niet tijdig heeft beslist op haar bezwaar van 27 februari 2023. De rechtbank heeft op 3 mei 2024 uitspraak gedaan en vastgesteld dat de beslistermijn is overschreden. Eiseres heeft beroep ingesteld na een ingebrekestelling op 27 november 2023, en de rechtbank oordeelt dat het beroep gegrond is. Verweerder wordt opgedragen om alsnog binnen zes weken na de uitspraak een besluit op bezwaar bekend te maken.
De rechtbank heeft ook de dwangsomregeling besproken, waarbij verweerder een dwangsom moet betalen voor elke dag dat hij te laat is met het nemen van een besluit, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres krijgt een vergoeding voor de proceskosten van € 218,75 en het door haar betaalde griffierecht van € 50,- moet ook worden vergoed. De uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.
De rechtbank verwijst naar relevante artikelen van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en eerdere uitspraken van de Raad van State die van toepassing zijn op deze zaak.