Op 16 mei 2022 heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tussen Stichting Brick One en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Groningen. De zaak betreft een last onder dwangsom die aan eiser is opgelegd voor het bouwen van een woongebouw in strijd met de verleende omgevingsvergunning uit 2014. Eiser moest het gebouw in overeenstemming brengen met de vergunning, anders zou hij een dwangsom van maximaal € 17.000,- moeten betalen. Eiser heeft een aanvraag ingediend voor legalisatie van de uitbreiding van het woongebouw, maar deze is door verweerder geweigerd omdat het bouwwerk in strijd is met het bestemmingsplan. De rechtbank heeft geoordeeld dat er geen concreet zicht op legalisatie is en dat de weigering van de omgevingsvergunning niet onredelijk is. Eiser heeft geen procesbelang meer, aangezien hij het pand heeft overgedragen aan eiseres, die wel belang heeft bij een inhoudelijke beoordeling. De rechtbank heeft het beroep van eiser niet-ontvankelijk verklaard en het beroep van eiseres ongegrond verklaard. De rechtbank concludeert dat handhaving niet onevenredig is en dat de last om het bouwwerk in overeenstemming te brengen met de vergunning in stand blijft.