ECLI:NL:RBOBR:2014:6885
Rechtbank Oost-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- F.M. Tadic
- Rechtspraak.nl
Waardering van een serviceflat en de invloed van de WOZ-waarde op de inkomstenbelasting
In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Brabant op 12 november 2014 uitspraak gedaan in een geschil over de WOZ-waarde van een appartement in de serviceflat "De Pettelaer". Eiser, eigenaar van het appartement, was het niet eens met de door de heffingsambtenaar vastgestelde WOZ-waarde van € 151.000 per 1 januari 2012, die hij als te hoog beschouwde. Eiser stelde dat de waarde van zijn appartement, dat hij voor € 50.000 had gekocht, aanzienlijk lager was en dat de WOZ-waarde niet in overeenstemming was met de werkelijke waarde in het economische verkeer. De rechtbank oordeelde dat de heffingsambtenaar zijn bewijslast had voldaan door de waarde te onderbouwen met verkoopcijfers van vergelijkbare appartementen in de buurt, die niet beïnvloed waren door de verplichting om servicekosten te betalen. De rechtbank erkende dat de specifieke (negatieve) imago van de serviceflat een invloed had op de waarde, maar oordeelde dat de heffingsambtenaar hier voldoende rekening mee had gehouden door een neerwaartse correctie toe te passen. Eiser voerde aan dat de WOZ-waarde doorwerkt in de inkomstenbelasting, maar de rechtbank stelde vast dat dit een keuze van de wetgever was en dat dergelijke argumenten niet relevant waren in deze procedure. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en bevestigde de vastgestelde WOZ-waarde.