Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 22 juli 2022 in de zaak tussen
[eiser] , te [woonplaats] , eiser(gemachtigde: mr. M. Peeters),
Inleiding
1.1 De heffingsambtenaar heeft de WOZ-waarde van de bedrijfswoning [adres] met de beschikking van 24 februari 2021 vastgesteld op € 378.000. De waarde is vastgesteld per waardepeildatum 1 januari 2020 en geldt voor het kalenderjaar 2021. De WOZ-beschikking is opgenomen in het aanslagbiljet van dezelfde datum. In dit aanslagbiljet heeft de heffingsambtenaar ook de aanslagen onroerendezaakbelasting (OZB) 2020 eigenarenheffing en de aanslag watersysteemheffing gebouwd opgelegd.
1.3 Eiser heeft tegen de bestreden uitspraak beroep ingesteld.
,de gemachtigde van eiser en de gemachtigde van de heffingsambtenaar. De behandeling van dit beroep heeft gezamenlijk plaatsgevonden met het beroep met het zaaknummer SHE 21/1809. In beide zaken zal afzonderlijk uitspraak worden gedaan.
Feiten
De bedrijfswoning, een vrijstaande woning, omvat de hoofdbouw met drie dakkapellen en een serre (85 m³). Tot het bedrijfsobject behoort een kadastraal perceel met een oppervlakte van 760 m².
Beoordeling door de rechtbank
4. In geschil is de waarde van de agrarisch bedrijfswoning op de waardepeildatum 1 januari 2020. Eiser bepleit een waarde van € 205.000 en wijst, zoals volgt uit zijn brief van 23 december 2021, op het taxatierapport van taxateur M.M.J. van der Vleuten, opgesteld op dezelfde datum. De heffingsambtenaar heeft ter onderbouwing van de in de uitspraak op bezwaar bijgestelde waarde van € 311.000 ook een taxatierapport ingebracht. In dit taxatierapport is waarde getaxeerd op € 319.000. Het taxatierapport is op 30 september 2021 opgesteld door taxateur G.D. Staal, en gecontroleerd door taxateur S.A. van Eck.
4.12. Eiser heeft de door hem bepleite waarde in de beroepsfase onderbouwd met een taxatierapport per waardepeildatum 1 januari 2020. Eiser heeft ook ter ondersteuning een zestal vergelijkingsobjecten opgevoerd. De rechtbank stelt vast dat dit taxatierapport is opgesteld ter bepaling van de WOZ-waarde voor belastingjaar 2021 (waardepeildatum 1 januari 2020), op basis van de in de Wet WOZ bedoelde vergelijkingsmethode. Daarom voldoet dit taxatierapport in beginsel aan de eisen die de Wet WOZ eraan stelt. De rechtbank is echter van oordeel dat de heffingsambtenaar zich terecht op het standpunt heeft gesteld dat eiser hiermee de door hem gewenste waarde onvoldoende heeft onderbouwd.