Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
wonende te [woonplaats] ,
STICHTING MIJANDE WONEN,
gevestigd en kantoorhoudende te Vriezenveen,
1.De procedure
2.De feiten
3.Het verzoek van [verzoeker]
4.Het verweer van Mijande
5.De beoordeling
€ 1.340,00
€ 132,62.
Rechtbank Overijssel
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Overijssel op 31 oktober 2018 uitspraak gedaan in een geschil tussen [verzoeker], de voormalige directeur van Stichting Mijande Wonen, en de stichting zelf. [verzoeker] had op 21 augustus 2018 een verzoekschrift ingediend waarin hij stelde dat zijn ontslag op staande voet onterecht was en vorderde hij onder andere een transitievergoeding en schadevergoeding. De kantonrechter heeft vastgesteld dat [verzoeker] op staande voet is ontslagen vanwege ernstige verwijten met betrekking tot de aanschaf van een bedrijfsauto en een vastgoedtransactie. De Raad van Commissarissen had klachten ontvangen over zijn handelen, wat leidde tot een onderzoek door een extern bureau. Na de uitkomsten van dit onderzoek heeft de RvC het vertrouwen in [verzoeker] opgezegd en hem ontslagen.
De kantonrechter oordeelde dat het ontslag op staande voet terecht was gegeven. [verzoeker] had zich niet gehouden aan de voorwaarden die door de RvC waren gesteld bij de aanschaf van de bedrijfsauto en had bovendien niet transparant gehandeld in de vastgoedtransactie. De kantonrechter concludeerde dat de gedragingen van [verzoeker] zo ernstig waren dat van de werkgever niet gevergd kon worden de arbeidsovereenkomst voort te zetten. Hierdoor was er geen recht op een transitievergoeding of schadevergoeding. De verzoeken van [verzoeker] werden afgewezen en hij werd veroordeeld in de proceskosten.