ECLI:NL:RBOVE:2025:6031
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Loonsanctie op grond van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA) en de beoordeling van re-integratie-inspanningen door het UWV
In deze uitspraak van de Rechtbank Overijssel, gedateerd op 13 oktober 2025, wordt de loonsanctie van het UWV beoordeeld in het kader van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA). Eiseres, een vennootschap onder firma, is in beroep gegaan tegen de beslissing van het UWV om de periode waarin een ex-werknemer tijdens ziekte recht heeft op loon te verlengen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de re-integratie-inspanningen van eiseres onvoldoende waren, wat heeft geleid tot de loonsanctie. De rechtbank concludeert dat de loonsanctie terecht is opgelegd, omdat eiseres niet aan haar re-integratieverplichtingen heeft voldaan. De rechtbank heeft de argumenten van eiseres, waaronder de stelling dat zij te goeder trouw heeft gehandeld en de adviezen van deskundigen heeft opgevolgd, verworpen. De rechtbank benadrukt dat de verantwoordelijkheid voor de re-integratie bij de werkgever ligt, ongeacht de kwaliteit van de ingeschakelde deskundigen. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, wat betekent dat eiseres geen gelijk krijgt en geen vergoeding van proceskosten ontvangt.