Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 18 augustus 2023, met bijlagen;
- het antwoord met eis in reconventie (tegeneis), met bijlagen.
2.De feiten
3.Het geschil
In conventie
- voor recht te verklaren dat de werkgeefster onrechtmatig heeft gehandeld;
- de werkgeefster te veroordelen aan haar te betalen € 726,62;
- te verklaren dat de werkgeefster het resterende bedrag aan studiekosten van € 2.773,38 niet verder op haar mag verhalen;
- de werkgeefster op te leggen dat het volledige tegoed aan vakantiegeld, verlofdagen en
- de werkgeefster te veroordelen aan haar te betalen € 574,75 inclusief btw aan buitengerechtelijke kosten;
- de werkgeefster te veroordelen aan haar te betalen alle kosten van juridische bijstand;
- de werkgeefster te veroordelen in de proceskosten;
- het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
- de werkneemster te veroordelen aan haar te betalen € 3.500,- minus het al ingehouden bedrag van € 2.858,21, vermeerderd met wettelijke rente;
- de werkneemster te veroordelen in de proceskosten;
- het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
4.De beoordeling
medischpedicure en de studiekostenovereenkomst oordeelt de kantonrechter als volgt.
in elk gevalonder de uitzondering van artikel 7:611a richtlijn vallen.