Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 18 juli 2023 in de zaak tussen
[naam eiseres] , uit [plaatsnaam] , eiseres
Procesverloop
Beoordeling door de rechtbank
12 oktober 2021 tijdens een gesprek in het kader van de aanvraag bij Baanbrekers een verklaring afgelegd. Zij heeft onder meer verklaard dat [naam partner] elke dag langskomt om te helpen met de zorg voor de kinderen (’s ochtends aankleden, douchen en ’s avonds in bed leggen), dat ze elke dag samen zijn, dat hij elke dag na zijn werk bij haar doucht en mee-eet, dat er kleding van hem in haar woning ligt, dat hij in het weekend en in vakanties bij haar is en dan bij haar blijft slapen. Verder heeft eiseres verklaard dat het voor de kinderen en voor mensen die haar niet kennen net is alsof zij en [naam partner] samen zijn. Ook op de zitting bij de behandeling van de voorlopige voorziening heeft eiseres verklaard dat [naam partner] in die periode bij haar langs kwam voordat hij ’s ochtends naar zijn werk ging, weer terugkwam als hij klaar was met werken, bleef eten en de kinderen naar bed bracht. In de weekenden bleef hij daarnaast ook slapen. [6] Uit deze verklaringen volgt naar het oordeel van de rechtbank dat het zwaartepunt van het persoonlijk leven van [naam partner] in de te beoordelen periode bij de kinderen en eiseres lag en aldus in de woning van eiseres. Dat er in de ogen van eiseres geen sprake was van een traditionele affectieve relatie, maar enkel een helpende hand van een vader die verantwoording neemt voor zijn kinderen, maakt dat - hoe wrang ook - niet anders, omdat de aard van de relatie er niet toe doet. Ook het feit dat [naam partner] bij zijn broer staat ingeschreven in de BRP, maakt niet dat het zwaartepunt van zijn leven niet bij eiseres en haar kinderen lag in die periode. Baanbrekers mocht dan ook de aanvraag van eiseres voor een uitkering voor een alleenstaande op deze grond afwijzen.
10 november 2021.