Uitspraak
1.[eiser 1]
1.de vennootschap onder firma [gedaagde 1] V.O.F.
[gedaagde 2]
[gedaagde 3]
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze zaak vorderen eisers, [eiser 1] en [eiser 2], loon en tewerkstelling van de vennootschap onder firma [gedaagde 1] V.O.F. na beëindiging van hun arbeidsovereenkomsten door de curator van een failliete besloten vennootschap. Eisers betwisten dat er sprake is geweest van een overgang van onderneming en stellen dat zij in dienst zijn gebleven van gedaagden. De kantonrechter oordeelt dat het spoedeisend belang ontbreekt, omdat eisers geen financiële problemen hebben aangetoond. Bovendien is de vraag van de overgang van onderneming aan de orde in een lopende bodemprocedure. De kantonrechter verklaart eisers niet ontvankelijk in hun vorderingen en veroordeelt hen in de proceskosten. De uitspraak is gedaan op 20 augustus 2025.