ECLI:NL:CRVB:2015:2715
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Schending van de inlichtingenverplichting bij bijstandsverlening en de gevolgen voor de recht op bijstand
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 11 augustus 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Gelderland. De appellant, die bijstand ontving op grond van de Wet werk en bijstand (WWB), had nagelaten een bankrekening te melden bij het college van burgemeester en wethouders van Nijmegen. Deze bankrekening had een saldo dat de grens van het vrij te laten vermogen overschreed, wat leidde tot de conclusie dat appellant ten onrechte bijstand had ontvangen. Het college had de bijstand van appellant met terugwerkende kracht ingetrokken en de kosten van de onterecht ontvangen bijstand teruggevorderd. De Raad oordeelde dat appellant de inlichtingenverplichting had geschonden door geen melding te maken van de bankrekening en dat de intrekking van de bijstand terecht was. De Raad bevestigde dat de interingsnorm niet van toepassing was bij de intrekking van bijstand, maar alleen bij de aanvraag. De Raad oordeelde ook dat er geen sprake was van dubbele bestraffing, aangezien de intrekking van de bijstand een herstelmaatregel is en niet als een bestraffende maatregel kan worden gezien. De uitspraak van de rechtbank werd bevestigd, en er werd geen veroordeling in proceskosten uitgesproken.