ECLI:NL:CRVB:2021:290
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake afwijzing aanvraag hoepelondersteuning rolstoel
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 10 februari 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland van 10 mei 2019. Appellante had een aanvraag ingediend voor hoepelondersteuning op haar rolstoel, welke door het college van burgemeester en wethouders van Meppel was afgewezen. De Raad oordeelde dat het tijdstip waarop appellante een nader stuk indiende, te laat was om in de beoordeling te worden betrokken, en dat dit stuk buiten beschouwing werd gelaten. Tijdens de zitting verklaarde appellante dat zij geen hoepelondersteuning meer wenste, maar in plaats daarvan een rolstoel met een op de persoon aangepaste zitting, een motor en een joystick. Hierdoor was er geen procesbelang meer voor een inhoudelijke beoordeling van de aangevallen uitspraak, wat leidde tot de conclusie dat het hoger beroep niet-ontvankelijk werd verklaard. De Raad oordeelde dat er geen aanleiding was voor een veroordeling in de proceskosten.