ECLI:NL:CRVB:2023:1532
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.T.H. Zimmerman
- Rechtspraak.nl
Toekenning van bijstand en ingangsdatum bij bijzondere omstandigheden
In deze zaak gaat het om de ingangsdatum van de bijstand voor appellanten, die een aanvraag hebben ingediend voor aanvullende bijstand op grond van de Participatiewet (PW). Het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam heeft bijstand toegekend met ingang van 9 juni 2021, de datum waarop appellanten zich hebben gemeld. Appellanten hebben bezwaar gemaakt tegen deze beslissing, omdat zij van mening zijn dat er bijzondere omstandigheden zijn die rechtvaardigen dat de bijstand met terugwerkende kracht zou moeten worden toegekend. De rechtbank heeft het beroep van appellanten ongegrond verklaard, en appellanten hebben hoger beroep ingesteld.
De Raad voor de Rechtspraak heeft de zaak beoordeeld en vastgesteld dat appellanten geen nieuwe feiten of argumenten hebben aangedragen die de eerdere beslissing zouden kunnen onderbouwen. De Raad oordeelt dat de hoofdregel is dat bijstand wordt toegekend met ingang van de datum van de melding, en dat er geen bijzondere omstandigheden zijn die een afwijking van deze regel rechtvaardigen. Appellanten hebben aangevoerd dat appellant psychische problemen heeft, maar het rapport van Indigo biedt geen bewijs voor deze claim en is niet relevant voor de periode waar het om gaat. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en houdt de toekenning van bijstand met ingang van 9 juni 2021 in stand, zonder recht op bijstand met terugwerkende kracht.