Uitspraak
21.2503 AKW
21.3340 AKW
- bevestigt de aangevallen uitspraken;
- wijst het verzoek om veroordeling tot vergoeding van schade af.
Centrale Raad van Beroep
In deze uitspraak van de Centrale Raad van Beroep op 3 maart 2023, met zaaknummer 21/2503 AKW, werd geoordeeld dat de Sociale verzekeringsbank (Svb) terecht de kinderbijslag van appellant heeft herzien over de periode van 1 juli 2019 tot en met 31 januari 2020. Appellant, die de Slowaakse nationaliteit heeft, was in deze periode niet verzekerd voor de Algemene Kinderbijslagwet (AKW) omdat de Nederlandse wetgeving niet op hem van toepassing was. De Svb heeft vanaf februari 2020 wel kinderbijslag aan appellant toegekend, omdat hij op de peildatum van februari 2020 weer verzekerd was voor de AKW. De Raad heeft vastgesteld dat appellant geen recht had op kinderbijslag over de herzieningsperiode, omdat hij niet in Nederland woonde en de Slowaakse wetgeving op hem van toepassing was. Tevens werd het verzoek om schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn afgewezen, omdat de procedure binnen de gestelde termijn was afgerond. De uitspraak bevestigt de eerdere uitspraken van de rechtbank Amsterdam, die de besluiten van de Svb in stand hebben gelaten.