Uitspraak
1.[appellant] ,
[appellant],
[appellante],
[appellanten] c.s.,
1.Vereniging van Eigenaars Bergeend/Kuifeend,
de VvE,
de Vereniging,
de VvE c.s.,
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
2.De vaststaande feiten
Voor zover in dit hoger beroep van belang en aangevuld met wat verder als onweersproken vast staat, gaat het om het volgende.
REGLEMENT(…)
a. de gemeenschappelijke waterpartij met de daarbij behorende beschoeiingen, oevers en waterkanten, de gemeenschappelijke weg, bermen, groenvoorzieningen, beplantingen, pleinen, paden en gemeenschappelijke bestratingen;
Artikel 35
3. Iedere eigenaar en gebruiker is verplicht zijn medewerking te verlenen aan de uitvoering van de besluiten der vergadering, voor zover dit redelijkerwijze van hem verlangd kan worden.
(…)”
Wiertsema heeft geconcludeerd:
3.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
opmerking hof: van een derde gedaagde was geen sprake] in gebreke blijft aan het te wijzen vonnis te voldoen;
e. de VvE en de Vereniging te veroordelen in de buitengerechtelijke kosten ad € 925,-, althans het bedrag dat de Rechtbank rechtens juist acht;
De rechtbank heeft, onder compensatie van de proceskosten, het meer of anders gevorderde afgewezen. Daartoe heeft zij kort samengevat overwogen (in r.o. 4.11) dat de beschoeiing die grenst aan de privégedeelten tot die gedeelten behoort en geen onderdeel is van het gemeenschappelijk gedeelte, maar (in r.o. 4.12) dat de VvE c.s. desondanks vanwege de constructieve schade en de daaraan verbonden veiligheidsrisico’s gerechtigd zijn te beslissen over de renovatie van de gehele walbeschoeiing, omdat dit valt te brengen onder het beheer over de gemeenschap, waartoe de VvE c.s. op grond van artikel 5:126 BW, de artikelen 28 en 35 van het in de splitsingsakte opgenomen reglement en artikel 3 van de statuten bevoegd zijn.
4.De wijziging van eis
De beoordeling van de grieven en de vordering
grief 1 in principaal appel, die was gericht tegen de afwijzing door de rechtbank van hun vordering tot verwijdering van een kabel op straffe van een dwangsom, ingetrokken omdat de betreffende kabel inmiddels is verwijderd. Die grief behoeft dan ook geen bespreking meer.
De vervanging van de walbeschoeiing
incidenteel hoger beroep één griefopgeworpen, die is gericht tegen het oordeel van de rechtbank in r.o. 4.11 van het vonnis dat de aan de privégedeelten grenzende beschoeiing behoort tot die privégedeelten.
grief 2 in principaal appelprimair aangevoerd dat het besluit van de VvE c.s. ter zake vernieuwing van de tot de privégedeelten behorende walbeschoeiing nietig is omdat de VvE slechts belast is met het beheer van de gemeenschappelijk beschoeiingen en dat de rechtbank ten onrechte tot het oordeel is gekomen dat de VvE c.s. gerechtigd waren te beslissen over renovatie van de gehele walbeschoeiing. Subsidiair hebben [appellanten] c.s. in
grief 3 in het principaal appelbetoogd dat het bestuur in strijd handelde met de statuten door te beslissen ook niet aangetaste privéwalbeschoeiingen te vervangen zonder daarbij rekening te houden met de investering die bewoners hebben gedaan in die walbeschoeiing.
De rechtszekerheid vergt dat voor de vaststelling van hetgeen tot de privé-gedeelten respectievelijk de gemeenschappelijke gedeelten behoort, slechts acht mag worden geslagen op de gegevens die voor derden uit of aan de hand van de in de openbare registers ingeschreven splitsingsstukken kenbaar zijn (Vgl. HR 1 november 2013, ECLI:NL:HR:2013:1078).
met de daarbij behorende beschoeiingen. Weliswaar staat in artikel 9 ‘onder meer’ maar waar wordt gesproken over de walbeschoeiingen wordt dat nadrukkelijk beperkt tot de bij de gemeenschappelijke waterpartij behorende beschoeiingen. Tegelijkertijd bepaalt artikel 15 van het splitsingsreglement dat de eigenaar/gebruiker verplicht is zijn privégedeelte te onderhouden en dat tot dat onderhoud behoort het onderhoud van
tuin met water en beschoeiing.In artikel 20 van het splitsingsreglement is expliciet bepaald dat van een privégedeelte deel uitmaken:
tuin met beschoeiing en aanlegplaatsen dat de eigenaar/gebruiker deze niet alleen dient te onderhouden maar eveneens
als zodanig in stand dient te houden.
Agendapunt 10b:
Uit de wel in het geding gebrachte rapporten volgt niet dat de gemeenschappelijke gedeelten van de walbeschoeiing niet kunnen worden vervangen zonder gelijktijdig ook de privégedeelten te vervangen. Integendeel, in het rapport van Antea wordt gesproken over een uitvoering in fasen. Uiteindelijk is niet het advies van Antea opgevolgd maar het plan van Bouma uitgevoerd, waarbij het werk eveneens in fasen is uitgevoerd, zo heeft de heer
[D] , voorzitter van de Vereniging, ter comparitie in hoger beroep verklaard.
Het hof vermag, zonder nadere onderbouwing die niet is gegeven en gelet op het feit dat het werk gefaseerd is uitgevoerd, niet in te zien dat het vervangen van de rechte stukken walbeschoeiing niet mogelijk is zonder tevens de (aan de overzijde van het water gelegen) privé walbeschoeiingen te vervangen.
Het hof passeert het bewijsaanbod van de VvE c.s. daarom wegens het gebrek aan onderbouwing. Daarbij wordt opgemerkt dat de VvE c.s. eventuele schriftelijke bewijsstukken uit eigen beweging in het geding had moeten brengen.
grief 3 in het principaal appel, hun subsidiaire standpunt, geen belang meer.
[appellanten] c.s. om gecompenseerd te worden voor hun bijdrage aan het verweer van de VvE c.s. omdat de VvE c.s. procederen op kosten van de gezamenlijke appartementseigenaren en dus ook van die [appellanten] c.s.
6.De slotsom
€ 883,-
€ 1.086,-(2 punten x tarief € 543,-)
313,-
€ 2.148,-(2 punten x tarief €1.074,-)
7.De beslissing
6 september 2017 voor zover daarbij de vorderingen van [appellanten] c.s. sub c en g zijn afgewezen;
verklaart voor recht dat het besluit van 2 mei 2015 tot vernieuwing van de aan de privé-eigenaren toebehorende walbeschoeiing nietig is;
20 augustus 2019.