Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
De beslissing waarvan beroep
€ 56.108,01.
Totale opbrengst:
Kosten:
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
56.108,01 (zesenvijftigduizend honderdacht euro en één cent).
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 10 mei 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Midden-Nederland. De betrokkene was eerder onherroepelijk veroordeeld voor deelname aan een criminele organisatie en het vervalsen van bankbiljetten. Het hof heeft vastgesteld dat de betrokkene financieel voordeel heeft genoten uit zijn criminele activiteiten. Het hof wijkt af van de eerdere berekeningen van politie en openbaar ministerie door de aangetroffen valse bankbiljetten als uitgangspunt te nemen voor de schatting van het wederrechtelijk verkregen voordeel. Het hof schat dit voordeel op € 1.013.557,92, waarbij het bedrag dat aan de betrokkene moet worden toegerekend op € 56.108,01 is vastgesteld. Dit bedrag moet door de betrokkene aan de Staat worden betaald. Het hof heeft de rol van de betrokkene en zijn mededaders in de organisatie in overweging genomen bij de vaststelling van het voordeel. De uitspraak benadrukt de noodzaak om bij de berekening van wederrechtelijk verkregen voordeel rekening te houden met de specifieke omstandigheden van de betrokkenen en hun rol binnen de criminele organisatie.