ECLI:NL:GHDHA:2025:538
Gerechtshof Den Haag
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep niet-ontvankelijk wegens ontbreken recente volmacht
In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 13 maart 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep van [Y] tegen de uitspraak van de Rechtbank Den Haag van 14 december 2023. De zaak betreft de waardering van een onroerende zaak, waarbij de Heffingsambtenaar de WOZ-waarde op € 940.000 heeft vastgesteld. [Y] heeft bezwaar gemaakt tegen deze beschikking, maar de Heffingsambtenaar heeft het bezwaar ongegrond verklaard. Vervolgens heeft [Y] beroep ingesteld bij de Rechtbank, die het beroep ongegrond verklaarde. Hierop heeft [Y] hoger beroep ingesteld, maar het Hof heeft geconstateerd dat [Y] geen recente volmacht heeft overgelegd, ondanks herhaaldelijke verzoeken van het Hof om dit te doen. Het Hof heeft vastgesteld dat de eerder overgelegde volmacht, gedateerd 6 maart 2022, niet meer voldeed aan de eisen, gezien het tijdsverloop en de omstandigheden van de zaak. Het Hof heeft daarom geoordeeld dat het hoger beroep niet-ontvankelijk is, omdat [Y] niet deugdelijk gemachtigd was om namens de belanghebbende op te treden. De uitspraak benadrukt het belang van een recente volmacht in bestuursrechtelijke procedures, vooral in het kader van de vertegenwoordigingsbevoegdheid.