ECLI:NL:HR:2001:AB0746
Hoge Raad
- Cassatie
- W.J.M. Davids
- G.J.M. Corstens
- B.C. de Savornin Lohman
- Rechtspraak.nl
Verwerping van het cassatieberoep inzake verzekeringsplicht motorrijtuigen na inbeslagname
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 27 maart 2001 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een vonnis van de Arrondissementsrechtbank te Arnhem. De verdachte was veroordeeld tot een geldboete van zevenhonderdtwintig gulden, subsidiair veertien dagen hechtenis, omdat hij niet had voldaan aan de verplichting om een verzekering te sluiten en in stand te houden voor een motorrijtuig waarvoor een kentekenbewijs was afgegeven, in strijd met de Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen (WAM). De verdachte stelde in cassatie dat er geen wettelijke verplichting bestond om de auto te verzekeren, nu deze in justitieel beslag was genomen.
De Hoge Raad oordeelde dat de kentekenhouder, zolang het kenteken geldig is en niet geschorst, verzekeringsplichtig blijft, ongeacht of het voertuig in beslag is genomen. De enkele inbeslagneming van de auto beëindigt de verzekeringsplicht niet. De Hoge Raad verwierp het cassatieberoep van de verdachte, omdat de aangevoerde middelen niet konden leiden tot cassatie.
De uitspraak benadrukt de blijvende verzekeringsplicht van kentekenhouders onder de WAM, zelfs wanneer het voertuig in beslag is genomen. De beslissing van de Hoge Raad bevestigt de rechtsontwikkeling en de eenheid in de rechtspraak met betrekking tot de verzekeringsplicht voor motorrijtuigen.