ECLI:NL:HR:2002:AE9045
Hoge Raad
- Cassatie
- W.J.M. Davids
- G.J.M. Corstens
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Cassatie tegen vonnis Politierechter Arnhem inzake overtreding Wegenverkeerswet
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een vonnis van de Politierechter in de Arrondissementsrechtbank te Arnhem, dat op 17 januari 2001 is uitgesproken. De verdachte, geboren in 1973 en wonende te [woonplaats], is door de Politierechter veroordeeld voor een overtreding van de Wegenverkeerswet 1994. De advocaat van de verdachte, mr. R.J. Baumgardt, heeft middelen van cassatie ingediend. De Advocaat-Generaal Machielse heeft geconcludeerd dat de Hoge Raad het vonnis van de Politierechter zal verbeteren en het beroep voor het overige zal verwerpen.
De Politierechter had in zijn uitspraak overwogen dat er geen voldoende bewijsmiddelen waren om de verdachte te veroordelen voor de feiten 1 en 2. De Hoge Raad heeft echter vastgesteld dat de Politierechter bij een kennelijke misslag het woord "geen" heeft gebruikt in zijn overweging. De Hoge Raad heeft deze misslag verbeterd, waardoor het middel geen feitelijke grondslag meer had en niet tot cassatie kon leiden.
De Hoge Raad heeft ook de verwerping van het beroep op eendaadse samenloop door de Politierechter beoordeeld. De Politierechter had de verdachte veroordeeld tot een geldboete van vijfhonderd gulden, subsidiair dertig dagen hechtenis, en ontzegging van de bevoegdheid om motorrijtuigen te besturen voor zes maanden, waarvan drie maanden voorwaardelijk. De Hoge Raad oordeelde dat de verwerping van het beroep op art. 55 Sr onvoldoende was gemotiveerd, maar dat dit niet tot cassatie leidde, omdat de Politierechter het verweer slechts had kunnen verwerpen.
Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen, omdat de ingediende middelen niet tot cassatie konden leiden en er geen grond was voor ambtshalve vernietiging van de bestreden uitspraak.