Conclusie
Nummer23/03473
Inleiding
opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 3 onder C van de Opiumwet gegeven verbod” veroordeeld tot een taakstraf voor de duur van 180 dagen, subsidiair 90 dagen hechtenis, met aftrek van voorarrest naar rato van twee uur per dag. Daarnaast heeft het hof de onttrekking aan het verkeer gelast van het in beslag genomen voorwerp (zijnde 4.804 gram aan hennepplanten), een en ander als nader in het arrest bepaald.
Het bestreden arrest
zij op 25 augustus 2022 te [plaats] , opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 4804 gram gedroogde toppen van hennepplanten, zijnde hennep een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II”
1. De kennisgeving van inbeslagneming d.d. 25 augustus 2022, p. 3, voor zover inhoudende als relaas van rapporteurs [verbalisant 1] , [verbalisant 2] en [verbalisant 3] :
Inbeslagneming
Betrokkene
Bewijsoverwegingen
Het middel
Beoordelingskader ‘(opzettelijk) aanwezig hebben’
De bespreking van het middel
liggend zozeer in haar privésfeer, te weten in een kliko in haar tuin behorend bij de woning waar zij woonachtig was”, onder die omstandigheden vaststaat. Daarin ligt m.i. als oordeel van het hof besloten dat de verdachte feitelijke macht over de hennep kon uitoefenen in de zin dat zij daarover kon beschikken.