Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Procesgang
2.Voorgeschiedenis
3.Ontvankelijkheid verzoeker
4.Verzoeken
€ 1.090,-voor de ondergane vrijheidsbeneming van verzoeker in Nederland in de overleveringsprocedure, nader gespecificeerd:
(ter zitting is het aantal dagen door de raadsman aangepast van 2 naar 3 dagen)
€ 1.815,-voor de vergoeding van de kosten voor rechtsbijstand in de overleveringsprocedure, onderbouwd met een urenspecificatie;
€ 340,-voor de kosten die in verband met het opstellen, indienen en behandelen van de verzoeken zijn gemaakt, te vermeerderen met € 340,- in geval van een mondelinge behandeling.
5.Standpunt van het openbaar ministerie
6.Toetsingskader
7.Oordeel van de rechtbank; heropening
Anders dan het openbaar ministerie heeft betoogd acht het hof niet van belang of sprake is van enige verwijtbaarheid aan de zijde van de Nederlandse Staat. Ook in geval van voorlopige hechtenis die niet wordt gevolgd door een veroordeling is immers niet zonder meer sprake van verwijtbaar overheidshandelen. Integendeel, voorlopige hechtenis wordt door de onafhankelijke rechter getoetst en gesanctioneerd en is in die zin - ook achteraf na niet-veroordeling - niet als onrechtmatig of verwijtbaar te bestempelen. Zij kan slechts als achteraf onterecht ondergaan worden gekwalificeerd, en daarvoor is een schadevergoedingsregeling in het leven geroepen. Indien de rechter, alle omstandigheden in aanmerking genomen, gronden van billijkheid aanwezig acht, vindt die vergoeding steeds plaats. Om na niet-veroordeling geen vergoeding toe te kennen moet dit billijkheidsoordeel verband houden met de eigen (proces)houding van de gewezen verdachte.”
‘zonder voorwerp is geworden gelet op het tussenkomende vonnis van 15 juli 2024 ten gevolge waarvan betrokkene zodoende in vrijheid gesteld mag worden’. En voorts staat in die brief dat ‘betrokkene is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 10 maanden’. Uit die brief blijkt evenwel niet of er in België nog een vrijheidsbenemende straf open staat en zo ja, of de overleveringsdetentie die verzoeker in Nederland heeft ondergaan, in mindering zal worden gebracht op die openstaande straf. Een en ander is wel relevant voor de beoordeling van de verzoeken tot schadevergoeding.
8.Beslissing
HEROPENThet onderzoek voor onbepaalde tijd om de officier van justitie in de gelegenheid te stellen de onder overweging 7 geformuleerde vragen ter beantwoording voor te leggen aan de uitvaardigende justitiële autoriteit.