Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de meervoudige kamer in de zaak tussen
[eiser] , eiser
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Gelet op de uitspraken van de Afdeling van 2 december 2014 (ECLI:NL:RVS:2014:4443)en 15 oktober 2018 (ECLI:NL:RVS:2018:3321), waarin is overwogen dat de ambtsberichten inzake Turkije niet het standpunt kunnen dragen dat strafrechtelijk veroordeelde leden van de Turkse Hezbollah die nog een gevangenisstraf in Turkije moeten uitzitten, geen reëel risico lopen op een dergelijke schending, acht verweerder het thans aannemelijk dat eiser bij terugkeer een schending van artikel 3 van het EVRM te wachten staat. Eiser komt echter niet in aanmerking voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, omdat op hem het bepaalde in artikel 1(F) van het Vluchtelingenverdrag van toepassing is. Hierdoor is een situatie ontstaan waarin eiser niet in aanmerking komt voor toelating, maar waarin geen gebruik zal worden gemaakt van de bevoegdheid tot uitzetting naar zijn land van herkomst. Eiser bevindt zich niet gedurende tien jaar in de situatie dat hij wegens schending van artikel 3 van het EVRM niet kan worden uitgezet, zodat eisers asielaanvraag wordt afgewezen. Eiser dient Nederland onmiddellijk te verlaten.
lichamelijkeproblematiek (littekens en/of fysieke klachten) is voortgekomen uit het gestelde relaas dat ten grondslag ligt aan de asielaanvraag?
consistentmet het relaas van betrokkene.
consistentbeoordeeld met het relaas van betrokkene. Voor verdere onderbouwing zie hoofdstuk 4.
psychischeproblematiek is voortgekomen uit het gestelde relaas dat ten grondslag ligt aan de asielaanvraag?
typerendvoor de kern van het asielrelaas. Voor verdere onderbouwing zie hoofdstuk 5.
nusprake van medische problematiek die interfereert met het vermogen om compleet, coherent en consistent te verklaren in het kader van de asielaanvraag?
zekerinterfereren met het vermogen om compleet coherent en consistent te verklaren over het asielrelaas. Deze beperkingen in het consistent verklaren komen voort uit angst en schaamte rondom de traumatische gebeurtenissen, geheugen en concentratieproblemen die voortkomen uit en onderdeel zijn van de PTSS en mogelijk versterkt worden door de daarmee samengaande slaapproblemen. Tevens zijn er depressieve klachten die van negatieve invloed kunnen zijn op het geheugen en de concentratie. Vanuit de PTSS is er sprake van vermijding van herinneringen aan de trauma’s, het spreken hierover, en de vermijding van uitlokkende prikkels die leiden tot herinnering of herbeleving van het trauma. Het spreken hierover kan leiden tot herbelevingen en intrusies met hevige angst. Dit bemoeilijkt tevens het consistent verklaren over het asielrelaas.
ten tijde van de eerdere asielgehorensprake van medische problematiek die interfereert met het vermogen om compleet, coherent en consistent te verklaren in het kader van de asielaanvraag?
zeer waarschijnlijkmet het compleet, coherent en consistent verklaren over het asielrelaas ten tijde van het gehoor. Daarnaast is er sprake van grote schaamte en daarbij behorende vermijding als verdedigingsmechanisme die passend is bij het gestelde seksueel geweld. Aannemelijk is dat dit ook een rol speelde ten tijde van de gehoren.”