ECLI:NL:RBDHA:2022:11615
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- B.F.Th. de Roos
- Rechtspraak.nl
Asielaanvragen van Syrische statushouders en nationale intrekkingsgrond in Bulgarije
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 2 november 2022 uitspraak gedaan in een geschil over de asielaanvragen van een Syrisch echtpaar en hun zoon. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid had de asielaanvragen van de eisers op 15 augustus 2022 niet-ontvankelijk verklaard, met als argument dat de eisers al internationale bescherming hadden in Bulgarije en daarom naar dat land konden terugkeren. De eisers, bijgestaan door hun gemachtigde, hebben hiertegen beroep ingesteld.
Tijdens de zitting op 28 oktober 2022 in Breda hebben de eisers aangevoerd dat zij niet meer beschikken over hun Bulgaarse verblijfsdocumenten en dat Bulgarije een nationale intrekkingsgrond hanteert die inhoudt dat statushouders die niet binnen 30 dagen na het verlopen of verlies van hun verblijfsdocument verlenging aanvragen, hun verblijfsstatus verliezen. De rechtbank heeft overwogen dat het verlopen van een verblijfstitel niet automatisch betekent dat de verleende beschermingsstatus is vervallen. De eisers hebben aannemelijk gemaakt dat zij bij terugkeer naar Bulgarije waarschijnlijk geen aanspraak meer kunnen maken op hun beschermingsstatus.
De rechtbank heeft de bestreden besluiten vernietigd en de staatssecretaris opgedragen om opnieuw op de asielaanvragen van de eisers te beslissen, met inachtneming van de uitspraak. Tevens is de staatssecretaris veroordeeld in de proceskosten van de eisers, die zijn vastgesteld op € 1.518. Deze uitspraak is openbaar gemaakt en er kan binnen een week hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.