In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 11 oktober 2023, wordt de rechtmatigheid van een aanvullend terugkeerbesluit en een maatregel van bewaring beoordeeld. Eiser, vertegenwoordigd door mr. M.A. Krikke, heeft beroep ingesteld tegen besluiten van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, die op 3 oktober 2023 een aanvullend terugkeerbesluit en een maatregel van bewaring heeft opgelegd. De rechtbank heeft de beroepen op 10 oktober 2023 behandeld, waarbij eiser via beeldverbinding aanwezig was.
De rechtbank oordeelt dat het aanvullend terugkeerbesluit niet zorgvuldig is voorbereid. Eiser heeft onvoldoende gelegenheid gekregen om zijn situatie te presenteren, en de staatssecretaris heeft niet adequaat doorgevraagd naar de persoonlijke omstandigheden van eiser, die mogelijk een afgeleid verblijfsrecht zouden kunnen rechtvaardigen. Dit leidt tot de conclusie dat het terugkeerbesluit niet rechtmatig is en dat de maatregel van bewaring, die afhankelijk is van een geldig terugkeerbesluit, eveneens onrechtmatig is opgelegd.
De rechtbank verklaart de beroepen gegrond, heft de maatregel van bewaring op met terugwerkende kracht en kent eiser een schadevergoeding toe van € 900,- voor de onrechtmatige vrijheidsontneming. Daarnaast worden de proceskosten van eiser vergoed, tot een totaalbedrag van € 3.348,-. De uitspraak is openbaar gemaakt en er is een mogelijkheid tot hoger beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.