In deze civiele procedure vordert eiser, een ondernemer, schadevergoeding van de Gemeente Westland wegens een onrechtmatige sluiting van zijn bedrijfspand. De sluiting vond plaats op 12 augustus 2019, nadat de politie een hennepkwekerij in een trailer bij het pand had aangetroffen. De bestuursrechter heeft het besluit van de Gemeente om het pand te sluiten later vernietigd, waardoor de onrechtmatigheid van het besluit vaststond. Eiser stelt dat hij door deze sluiting aanzienlijke schade heeft geleden, waaronder verlies van inkomsten en extra kosten door de gedwongen verhuizing van zijn bedrijf. De Gemeente betwist de aansprakelijkheid en stelt dat de schade niet voortvloeit uit haar besluit, maar uit de omstandigheden rondom de hennepkwekerij en de daaropvolgende beëindiging van de huurovereenkomst door de verhuurder. De rechtbank oordeelt dat de Gemeente aansprakelijk is voor de schade die eiser heeft geleden door de onrechtmatige sluiting van het pand. De rechtbank wijst de gevorderde verklaring voor recht toe en verwijst de zaak naar de schadestaatprocedure, waarbij de exacte schadevergoeding nog moet worden vastgesteld. De Gemeente wordt veroordeeld in de proceskosten van eiser.