Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiser] , V-nummer: [v-nummer] , eiser
de Minister van Asiel en Migratie, verweerder
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
25 november 2024 heeft de directeur-generaal van Fedasil antwoord gegeven op een negental (door de Afdeling gestelde en door verweerder doorgestuurde) vragen. Die antwoordbrief heeft verweerder ook in deze procedure overgelegd. Daarnaast heeft verweerder in deze procedure brieven van 11 maart 2025 (met bijlagen), 24 maart 2025
(met bijlage) en 25 maart 2025 overgelegd, waarin verweerder antwoord heeft gegeven op vragen die aanvullend op 14 januari 2025 door de Afdeling zijn gesteld. In het verweerschrift stelt verweerder zich, onder verwijzing naar de genoemde informatie, de hiervoor genoemde uitspraak van de Afdeling van 13 maart 2024, de uitspraak van de Afdeling van 27 juni 2024, ECLI:NL:RVS:2024:2631, en uitspraken van verschillende zittingsplaatsen van deze rechtbank op het standpunt dat ten aanzien van België (nog steeds) van het interstatelijk vertrouwensbeginsel kan worden uitgegaan.