Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiser 1] ,
[eiser 2] en [eiser 3] ,
[eiser 4] ,
[eiser 5] en [eiser 6] ,
[eiser 7] ,
[eiser 8] en [eiser 9] ,
[eiser 10] , [eiser 11] en [eiser 12] ,
het college van burgemeester en wethouders van Leiden
[derde-partij 1]en
[derde-partij 2](vergunninghouders [adres 1] ),
[derde-partij 3]en
[derde-partij 4](vergunninghouder [adres 2] ),
[derde-partij 5]en
[derde-partij 6](vergunninghouder [adres 3] ),
[derde-partij 7](vergunninghouder [adres 4] ), en
[derde-partij 8](vergunninghouder [adres 5] ), allen uit [woonplaats] (tezamen: vergunninghouders).
Samenvatting
Procesverloop
Beoordeling door de rechtbank
"De bestuursrechter vernietigt een besluit niet op de grond dat het in strijd is met een geschreven of ongeschreven rechtsregel of een algemeen rechtsbeginsel, indien deze regel of dit beginsel kennelijk niet strekt tot bescherming van de belangen van degene die zich daarop beroept."Uit de geschiedenis van de totstandkoming van de Wet aanpassing bestuursprocesrecht (Kamerstukken II, 2009/10, 32 450, nr. 3, blz. 18-20) blijkt dat de wetgever met artikel 8:69a van de Awb de eis heeft willen stellen dat er een verband is tussen een beroepsgrond en het belang waarin de eiser door het bestreden besluit dreigt te worden geschaad. De bestuursrechter mag een besluit niet vernietigen wegens schending van een rechtsregel die kennelijk niet strekt tot bescherming van het belang van degene die in beroep komt.
“Gelet op het stedenbouwkundige advies adviseert de commissie als volgt: De uitbreiding is voor wat betreft vormgeving, materiaaltoepassing, detaillering en kleurstelling passend bij de woning en het gehele cluster en derhalve niet in strijd met redelijke eisen van welstand.”