ECLI:NL:RBDHA:2025:9695
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Einduitspraak asielaanvraag niet-ontvankelijk verklaard wegens internationale bescherming in Spanje
In deze einduitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiser tegen het besluit van de minister van 19 december 2024, waarbij zijn asielaanvraag niet-ontvankelijk is verklaard omdat hij al internationale bescherming heeft in Spanje. De rechtbank heeft het beroep, samen met het verzoek om een voorlopige voorziening, op 26 februari 2025 behandeld. De minister heeft in reactie op de tussenuitspraak van 24 maart 2025 de geconstateerde gebreken in het bestreden besluit hersteld. De rechtbank concludeert dat de minister terecht heeft gesteld dat eiser internationale bescherming heeft in Spanje en dat de asielaanvraag niet-ontvankelijk verklaard kon worden. De rechtbank heeft de belangenafweging in het kader van artikel 8 van het EVRM gemaakt en vastgesteld dat de belangen van de Nederlandse staat zwaarder wegen dan die van eiser. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en veroordeelt de minister in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 1.814,-.