ECLI:NL:RBNHO:2016:5103
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J.J. de Lange
- Rechtspraak.nl
Bestuurlijke boete op grond van de Participatiewet wegens het niet opgeven van inkomsten van inwonende dochter
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 24 juni 2016 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure tussen eiseres en het college van burgemeester en wethouders van Edam-Volendam. Eiseres ontving een bijstandsuitkering en heeft een bestuurlijke boete opgelegd gekregen op grond van artikel 18a van de Participatiewet (Pw) wegens het niet of niet behoorlijk nakomen van de verplichting om alle relevante inkomsten op te geven. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres, ondanks dat haar dochter op 22 februari 2013 21 jaar werd en recht had op een andere bijstandsnorm, niet tijdig het salaris van haar dochter heeft opgegeven. Dit leidde tot een terugvordering van bijstandsuitkeringen en uiteindelijk tot de oplegging van een boete van € 3.090,- door verweerder. Na bezwaar heeft verweerder de boete verlaagd naar € 1.720,-. Eiseres heeft hiertegen beroep ingesteld, waarbij zij betwistte dat er sprake was van grove schuld. De rechtbank oordeelde dat er wel degelijk sprake was van grove schuld, maar dat de hoogte van de boete niet in stand kon blijven. De rechtbank heeft de boete uiteindelijk vastgesteld op € 1.260,-, rekening houdend met de financiële omstandigheden van eiseres. Tevens heeft de rechtbank bepaald dat verweerder het griffierecht van € 45,- en de proceskosten van eiseres dient te vergoeden.