Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 15 mei 2025 in de zaak tussen
[eiser] , uit [woonplaats] , eiser(gemachtigde: [naam] ),
de heffingsambtenaar van de Samenwerking A2-gemeenten, de heffingsambtenaar.
Inleiding
Feiten
Beoordeling door de rechtbank
Rechtsgeldige machtiging in beroep
De heffingsambtenaar heeft de vastgestelde WOZ-waarde (€ 453.000) onderbouwd met een beroepenmatrix, opgesteld door taxateur H.J.M. Venner. De woning is in dat rapport getaxeerd op € 460.000. Eiser bepleit een waarde van € 415.000.
De heffingsambtenaar moet aannemelijk maken dat hij de waarde niet op een te hoog bedrag heeft vastgesteld (bewijslast). Bij de beoordeling of de heffingsambtenaar in die bewijslast is geslaagd, betrekt de rechtbank ook wat eiser hierover heeft aangevoerd. Alleen als de heffingsambtenaar niet aan de bewijslast heeft voldaan, komt de vraag aan de orde of eiser de door hem verdedigde waarde aannemelijk heeft gemaakt. Als ook dat laatste niet het geval is, kan de rechter de waarde zelf in goede justitie vaststellen. [2]
De heffingsambtenaar heeft de waarde in de beroepsfase onderbouwd met drie vergelijkingsobjecten, te weten [adres] en [adres] in [woonplaats] en [adres] in [plaats] . De waardeonderbouwing is opgenomen in het taxatierapport. Het betreffen vrijstaande woningen, die zijn verkocht binnen een jaar van de waardepeildatum. De transactieprijzen zijn door de heffingsambtenaar geïndexeerd naar de waardepeildatum.
Conclusie en gevolgen
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt de bestreden uitspraak;
- stelt de waarde van de woning aan de [adres] voor het kalenderjaar 2023, per waardepeildatum 1 januari 2022, vast op € 435.000 en bepaalt dat de heffingsambtenaar de aanslag onroerendezaakbelasting vermindert overeenkomstig deze waarde;
- bepaalt dat deze uitspraak in de plaats treedt van de vernietigde uitspraak op bezwaar;
- draagt de heffingsambtenaar op het betaalde griffierecht aan eiser te vergoeden tot een bedrag van € 51;
- veroordeelt de heffingsambtenaar tot een betaling van € 2.614,26 aan proceskosten aan eiser.