ECLI:NL:RBOVE:2025:2977
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering van het CBR om een verklaring van geschiktheid af te geven voor het besturen van motorrijtuigen van de categorie C
Deze uitspraak betreft de weigering van het CBR om aan eiser een verklaring van geschiktheid te verstrekken voor het besturen van motorrijtuigen van de categorie C. Het CBR heeft deze weigering gebaseerd op het feit dat eiser niet voldoet aan de vereiste norm van een horizontaal gezichtsveld van minimaal 160 graden, wat essentieel is voor de rijgeschiktheid. Eiser, die van mening is dat hij veilig kan rijden, betwist deze beslissing en stelt dat de weigering onevenredig is, vooral omdat hij met zijn camper van 4.250 kg wil blijven rijden. De rechtbank oordeelt dat het CBR terecht heeft gehandeld, aangezien het gaat om een gebonden bevoegdheid en er geen ruimte is voor belangenafweging. De rechtbank bevestigt dat de regelgeving dwingend is en dat het CBR geen verklaring kan afgeven voor alleen de camper van eiser. De rechtbank wijst erop dat de adviezen van de oogartsen om eiser geschikt te verklaren niet kunnen worden gevolgd, omdat deze in strijd zijn met de dwingende eisen van de regelgeving. De rechtbank concludeert dat het beroep van eiser ongegrond is en dat de weigering van het CBR in stand blijft.