ECLI:NL:RBROT:2012:BZ9605
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- T. Damsteegt
- M.C. Franken
- A.W. Schep
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen aanslag reclamebelasting en de definitie van openbare aankondigingen
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 19 juli 2012 uitspraak gedaan in een geschil tussen [eiseres] B.V. en de heffingsambtenaar van de gemeente Rotterdam over twee aanslagen in de reclamebelasting voor het jaar 2010. De eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. O.L. Andriesse, betwistte de aanslagen van elk € 9.534,44, die waren opgelegd op basis van de aanwezigheid van verschillende reclame-uitingen op haar bedrijfsruimten aan [adres 1] en [adres 2] te Rotterdam. De heffingsambtenaar, vertegenwoordigd door mr. B.J. Klein, stelde dat de gele vlakken die deel uitmaken van het logo van eiseres, evenals andere reclame-uitingen, kwalificeerden als 'openbare aankondigingen' in de zin van de Gemeentewet en de Verordening precario- en reclamebelasting 2010.
De rechtbank oordeelde dat de term 'openbare aankondigingen' niet beperkt is tot traditionele reclame, maar ook alle mededelingen omvat die gericht zijn op het publiek en bedoeld zijn om aandacht te trekken voor een product of dienst. De rechtbank concludeerde dat de gele vlakken, in combinatie met andere reclame-uitingen, inderdaad als openbare aankondigingen kunnen worden aangemerkt. De rechtbank verwierp het beroep van eiseres dat de gele vlakken niet als reclame konden worden aangemerkt en oordeelde dat de aanslagen terecht waren opgelegd.
De rechtbank stelde verder vast dat de eiseres geen bewijs had geleverd voor haar stelling dat de heffingsambtenaar in eerdere jaren geen aanslagen had opgelegd op basis van dezelfde reclame-uitingen, en dat er geen sprake was van schending van het vertrouwensbeginsel. De beroepen van eiseres werden ongegrond verklaard, en de rechtbank zag geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten. De beslissing werd openbaar uitgesproken op 19 juli 2012, en tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof te ’s-Gravenhage.