Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
één of meertijdstip
(pen
)gelegen in
of omstreeksde periode van 29
)vragen en
/ofeen
/of (gewenste)antwoorden op vragen die gesteld zouden worden
/of (geheime
)informatie over
(de uitkomst(en) van)de
althans enige gift en/of dienst,
/of aangeboden en/ofgedaan door [betrokkene 1] (in zijn
wethouder van de gemeente Roermond en/ofadviseur van de
althans
1.Inleiding
- 'veiligheid', met een casus over politiecapaciteit
- 'integriteit', met een casus over een stuk grond van een raadslid, en een antwoord dat zou kunnen worden gegeven, waarna [betrokkene 1] een nadere vraagstelling door een lid van de vertrouwenscommissie weergeeft
- 'een driehoekje' dat wordt neergelegd, waarbij [betrokkene 1] aangeeft met welk antwoord 'de mooiste indruk' kan worden gemaakt
- over 'netwerken, de contacten in Den Haag'
- een vraag 'naar de aanbeveling commissie Sorgdrager-Frissen over het Primus Secundus systeem', waarbij [betrokkene 1] vraagt of de verdachte daar iets van weet, en als de verdachte aangeeft dat hij dat moet opzoeken, een nadere uitleg geeft met kennelijk een voorbeeldvraagstelling.
- De omstandigheid dat een ervaren bestuurder als [betrokkene 1] in zijn hoedanigheid van adviseur van de vertrouwenscommissie deze informatie kort voor het sollicitatiegesprek tamelijk uitvoerig heeft doorgenomen met de verdachte en dus kennelijk als relevant heeft beschouwd.
- Het gegeven dat dit telefonisch gesprek heeft plaatsgevonden nadat al sollicitatie gesprekken met andere kandidaten in aanwezigheid van [betrokkene 1] waren gevoerd, waarbij er sprake was van voortschrijdend inzicht van [betrokkene 1] in het verloop van de gesprekken en de vraagstelling door de leden van de vertrouwenscommissie.
- De dankbaarheid en waardering die de verdachte in het gesprek van 27 september 2012 te 23:53 uur, na het vernemen van de uitslag van de raadsvergadering over de voordracht heeft geuit voor de rol van [betrokkene 1] bij de benoeming. Deze dank en waardering kunnen mede betrekking hebben gehad op de veronderstelde invloed die [betrokkene 1] als adviseur in de beraadslagingen heeft uitgeoefend, maar de rechtbank acht het op grond van de reeks telefonische contacten tussen beiden met als onderwerp de sollicitatie van de verdachte, aannemelijk dat die dank en waardering ook de telefoongesprekken hebben gegolden waarin de procedure en de gang van zaken zijn besproken. Voorts kan worden gewezen op de verklaring van [betrokkene 1]
De bestaande (voorafgaande) relatie tussen beiden
- Beiden kunnen gelden als partijprominenten, gelet op hun functies ([betrokkene 1] als VVD-wethouder van Roermond, lid van de Eerste Kamer en de verdachte als burgemeester van de gemeente Meerssen en voorzitter van de VVD Limburg).
- Uit het dossier blijkt dat zij in het jaar voorafgaande aan de tenlastegelegde periode intensief contact hebben gehad, waarbij het aantal van 421 telefonische contacten tussen drie telefoonaansluitingen van [betrokkene 1] en de telefoonaansluiting van de verdachte is geteld in de periode van 24 augustus 2011 t/m 13 september 2012.
- [betrokkene 1] heeft verklaard dat de verdachte hem in een interview heeft gesteund in 2012 in de situatie rond het rapport commissie Sorgdrager/Frissen.
- [betrokkene 1] heeft uitgelegd hoe hij bij een tweetal eerdere burgemeestersbenoemingen van de verdachte nauw betrokken is geweest.
rb: lid vertrouwenscommissie) er in, hoe stond die er in?” Verder heeft [betrokkene 1] in een gesprek van 27 september 2012 te 14:37 uur de verdachte nog op de hoogte gebracht van de omstandigheid dat hij een andere kandidaat - in strijd met de werkelijkheid - had verteld dat hij de verdachte eerst 'vanmorgen' de uitslag van de keuze van de vertrouwenscommissie op de hoogte had gebracht, kennelijk om dit af te stemmen. [betrokkene 1] heeft tegenover de politie verklaard dat hij voor het verstrekken van deze informatie geen toestemming nodig had met als verklaring “binnen de partijlijn doe je ook dingen op eigen initiatief.” [23] .
3.Toetsing aan de tenlastelegging primair: artikel 363 lid 1 aanhef/sub 2° Sr
120 (honderdtwintig) uren, waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
60 dagen.