AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd
Beroep tegen niet tijdig beslissen door UWV in zaken met medisch advies
In deze uitspraak van de Rechtbank Rotterdam op 30 juli 2025, in de zaak ROT 25/1867, is het beroep van eiseres tegen het niet tijdig nemen van een beslissing op haar aanvraag om herbeoordeling van de mate van arbeidsongeschiktheid gegrond verklaard. De rechtbank heeft vastgesteld dat het UWV niet binnen de geldende termijnen heeft beslist op de aanvraag van eiseres, die op 12 december 2023 was ingediend. Eiseres had het UWV in gebreke gesteld op 10 oktober 2024, maar het UWV heeft sindsdien geen besluit genomen. De rechtbank oordeelt dat het UWV een nadere beslistermijn moet vaststellen van 30 weken voor werknemersberoepen en 40 weken voor werkgeversberoepen, gerekend vanaf de datum waarop de rechtbank het beroep heeft ontvangen. Dit is noodzakelijk gezien het structurele tekort aan verzekeringsartsen bij het UWV, waardoor tijdige besluitvorming niet mogelijk is. De rechtbank heeft ook een dwangsom van € 100,- per dag vastgesteld, met een maximum van € 15.000,-, voor het geval het UWV deze termijn overschrijdt. De uitspraak benadrukt het belang van tijdige besluitvorming in het kader van inkomenszekerheid voor werknemers en de noodzaak voor het UWV om adequaat te reageren op de toenemende instroom van beroepen ntb. De rechtbank heeft ook aangegeven dat de nadere beslistermijn niet onrealistisch kort is, gezien de huidige situatie bij het UWV.
Voetnoten
1.Dit staat (onder andere) in artikel 6:12 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
2.Te weten een termijn van acht weken, zie artikel 102, derde lid, van de Wet WIA.
3.Artikel 8:55d, eerste lid, van de Awb.
4.Artikel 8:55d, derde lid, van de Awb.
7.Zie hiervoor onder meer de brieven aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal van 21 mei 2024, Kamerstukken II 2023-2024, 26 488, nr. 756 en 11 juni 2025, Kamerstukken II 2024-2025, 26 448, nr. 846.
8.Zie hiervoor de brief aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal van 11 juni 2025, Kamerstukken II 2024-2025, 26 448, nr. 846.
9.In de zin van artikel 8:55d, derde lid, van de Awb.
12.In de zin van artikel 4:15 van de Awb.
13.Artikel 8:55b, eerste lid, van de Awb.
15.OCTAS, ‘Toekomst van het arbeidsongeschiktheidsstelsel. Meer aandacht, vertrouwen en zekerheid’ van 29 februari 2024.