ECLI:NL:CRVB:2015:3396
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Y.J. Klik
- A.M. Overbeeke
- J.T.H. Zimmerman
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag bijzondere bijstand voor tandheelkundige kosten
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 6 oktober 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere beslissing van de rechtbank Midden-Nederland. De appellant, die sinds 2000 bijstand ontving op basis van de Wet werk en bijstand (WWB), had op 22 juli 2013 bijzondere bijstand aangevraagd voor tandheelkundige kosten tot een bedrag van € 407,-. Het college van burgemeester en wethouders van Utrecht heeft deze aanvraag afgewezen, omdat de appellant zich onvoldoende had verzekerd tegen ziektekosten. De rechtbank heeft het beroep van de appellant tegen deze afwijzing ongegrond verklaard, waarna de appellant in hoger beroep ging.
De Raad heeft in zijn overwegingen vastgesteld dat volgens de WWB geen recht op bijstand bestaat als er een voorliggende voorziening is die als toereikend wordt beschouwd. In dit geval wordt de Zorgverzekeringswet als een voorliggende voorziening gezien voor tandheelkundige kosten, en de Raad heeft geoordeeld dat de kosten niet noodzakelijk zijn voor vergoeding. De Raad heeft ook geoordeeld dat er geen sprake is van zeer dringende redenen die een uitzondering op deze regel rechtvaardigen. De appellant kon zijn stelling dat zijn gebit door de vertraging in de afhandeling van de aanvraag was verslechterd niet onderbouwen met objectieve gegevens.
De Raad heeft verder vastgesteld dat het college buitenwettelijk begunstigend beleid heeft toegepast, maar dat dit beleid consistent is toegepast. De Raad heeft geconcludeerd dat de appellant tekortschietend besef van verantwoordelijkheid heeft getoond door geen aanvullende ziektekostenverzekering af te sluiten. De Raad heeft het beroep van de appellant op artikel 22 van de Grondwet verworpen, omdat de Raad niet bevoegd is om de bepalingen van de WWB aan deze regeling te toetsen. Uiteindelijk heeft de Raad het hoger beroep van de appellant afgewezen en de eerdere uitspraak van de rechtbank bevestigd.