ECLI:NL:CRVB:2018:72
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Terugvordering van persoonsgebonden budget (pgb) door Zorgkantoor wegens onvoldoende verantwoording door appellant
In deze zaak gaat het om de terugvordering van een persoonsgebonden budget (pgb) door VGZ Zorgkantoor B.V. van appellant, die onvoldoende verantwoording heeft afgelegd over de besteding van het pgb. Appellant had een pgb van € 8.888,69 ontvangen voor zorg op basis van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) voor de periode van 4 augustus 2014 tot en met 31 december 2014. Het Zorgkantoor heeft de verantwoording van appellant afgekeurd, omdat niet was voldaan aan de verplichtingen van artikel 2.6.9 van de Regeling subsidies AWBZ (Rsa). Appellant heeft hiertegen bezwaar gemaakt, maar het Zorgkantoor heeft zijn bezwaar ongegrond verklaard en het pgb vastgesteld op nihil, met terugvordering van het eerder betaalde bedrag.
De rechtbank Gelderland heeft het beroep van appellant tegen dit besluit ongegrond verklaard. Appellant is in hoger beroep gegaan en heeft betoogd dat de zorg die hij heeft ontvangen van een stichting als AWBZ-zorg moet worden aangemerkt. Hij heeft ook aangevoerd dat hij niet verantwoordelijk kan worden gehouden voor de administratieve tekortkomingen, omdat hij kwetsbaar is en de stichting zijn financiën beheerde. De Centrale Raad van Beroep heeft echter geoordeeld dat appellant niet heeft voldaan aan zijn eigen verantwoordelijkheden met betrekking tot de verantwoording van het pgb. De Raad heeft de eerdere uitspraak van de rechtbank vernietigd en het beroep tegen het besluit van het Zorgkantoor ongegrond verklaard. Tevens is het Zorgkantoor veroordeeld in de proceskosten van appellant tot een bedrag van € 2.004,-.
De uitspraak benadrukt de eigen verantwoordelijkheid van de appellant in het kader van de verantwoording van het pgb, ongeacht zijn kwetsbaarheid en de rol van de stichting in het beheer van zijn financiën. De Raad heeft vastgesteld dat het Zorgkantoor in redelijkheid tot terugvordering kon overgaan, gezien de onvoldoende verantwoording van de besteding van het pgb.