Uitspraak
SAMENVATTING
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
Inleiding
Uitspraak van de rechtbank
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 22 april 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de afwijzing van een aanvraag om bijzondere bijstand voor uitvaartkosten door het college van burgemeester en wethouders van Venlo. De aanvraag was ingediend op 10 augustus 2022, terwijl de uitvaartkosten al op 23 mei 2022 waren ontstaan. De Raad oordeelt dat de aanvraag te laat is ingediend, omdat de kosten al waren gemaakt voordat de aanvraag werd ingediend. Appellante, bijgestaan door haar advocaat mr. Q.J. van Riet, voerde aan dat de aanvraag tijdig was, omdat de kosten pas op 17 juni 2022 waren gefactureerd. De Raad verwierp deze stelling, omdat de juridische verplichting tot betaling al was aangegaan bij het ondertekenen van de begroting op 23 mei 2022. De rechtbank Limburg had eerder de afwijzing van de aanvraag bevestigd, en de Raad concludeert dat er geen bijzondere omstandigheden zijn die een afwijking van het beleid rechtvaardigen. De uitspraak van de rechtbank wordt bevestigd, en appellante krijgt geen vergoeding voor proceskosten of het griffierecht terug.