Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.[appellante1] ,
[appellante2],
1.[geïntimeerde1] ,
[geïntimeerde2],
[geïntimeerde3],
[geïntimeerde4],
[geïntimeerde5],
[geïntimeerde6],
[geïntimeerde7],
[geïntimeerde8],
[geïntimeerde9],
[geïntimeerde10],
[geïntimeerde11],
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
2.De motivering van de beslissing in hoger beroep
De plaatsvervullingsbepalingen uit de testamenten van mevrouw [de erflaatster] d.d. 16 oktober 2008 en 28 februari 2008 bevatten en redactiefout. Met de bewoordingen van de plaatsvervullingsbepaling wordt de indruk gewekt dat plaatsvervulling uitsluitend mogelijk is ingeval van vooroverlijden. Ik heb bedoeld, overeenkomstig de uiterste wil van erflaatster, in het testament vast te leggen dat er in alle gevallen plaatsvervulling zou gelden, niet uitsluitend bij vooroverlijden , maar ook in geval van verwerping.’
Ten tijde van het opmaken van beide testamenten heeft mevrouw [de erflaatster] aan mij uitdrukkelijk kenbaar gemaakt dat het haar uiterste wil was dat haar neven en nichten niet als erfgenamen tot haar nalatenschap geroepen zouden worden.