“Betreft: Onderzoek naar de identiteit van de rekeninghouder van de rekening bij de Kredietbank Luxembourg t.n.v.
[L] - [G] ou [L]
Ik (…) verklaar het volgende.
Door mij is een onderzoek ingesteld naar de identiteit van Nederlandse rekeninghouders bij de Kredietbank Luxembourg (hierna KB Lux).
Op verzoek van de FIOD Opsporingsinformatie [plaats 2] zijn door B/KIR (Belastingdienst, Kenniscentrum Identificatie Renseigneringsstromen) de gegevens van Nederlandse rekeninghouders op de afdrukken van de microfiches van de KB Lux verwerkt in een bestand (hierna genoemd: cliëntenbestand KB Lux).
De rekeninghouders staan hier op verschillende manieren vermeld:
a) Voornaam (doop c.q. geboortenaam) met achternaam
b) Voornamen (doop c.q. geboortenamen) met achternaam
c) Voorletter met achternaam
Elk van deze mogelijkheden kan gevolgd worden door
1) Een liggend streepje en een tweede achternaam
2) Het Franse woord “ou” (of) gevolgd door voornaam (doop c.q. geboortenaam) met achternaam
3) Het Franse woord “ou” (of) gevolgd door voorletter met achternaam
Elk van deze mogelijkheden kan weer gevolgd worden door
I. Het Franse woord “ou” (of) gevolgd door voornaam (doop c.q. geboortenaam) met achternaam
II. Het Franse woord “ou” (of) gevolgd door voorletter met achternaam
In geval van mogelijkheid 2 of 3 worden de rekeninghouders veelal aangeduid met hun aanspreektitel
M (= Monsieur)
Mme (= Madamme)
Melle (= Mademoiselle)
Het cliëntenbestand KB Lux is door B/KIR gematcht met het BVR-bestand (Beheer van Relaties), een bestand van de Belastingdienst, waarin alle natuurlijke- en rechtspersonen zijn opgenomen die in Nederland wonen of zijn gevestigd. Tevens zijn in het BVR-bestand opgenomen alle natuurlijke- en rechtspersonen die in het buitenland wonen of zijn gevestigd en in Nederland belastingplichtig zijn. Het BVR-bestand wordt voor wat betreft de natuurlijke personen gevoed met gegevens uit de gemeentelijke basisadministratie. In het BVR-bestand blijven historische gegevens bewaard. Opgemerkt wordt dat in het BVR-bestand de natuurlijke personen zijn opgenomen met voorletters en niet met voornamen.
Indien een rekening meer dan één rekeninghouder heeft, is er uit het BVR-bestand door B/KIR de volgende selectie gemaakt waarbij de voorwaarde is gesteld dat de (eerste) voorletter zoals die in het BVR-bestand staat vermeld bij ten minste één van de achternamen overeenkomt met de eerste letter van de voor c.q. doopnaam (letter) zoals die op de microfiches staat vermeld.
a) alle combinaties van beide achternamen waarbij in BVR de relatie gehuwd (met) staat vermeld.
b) alle combinaties van beide achternamen die in BVR op hetzelfde adres wonen (hebben gewoond)
c) alle combinaties van beide achternamen die in BVR onder hetzelfde dossiernummer staan (stonden) vermeld.
De gevonden sofinummers zijn gekoppeld aan het bestand van het Centrale rijbewijzen- en Bromfietscertificatenregister (CRB), in welk bestand de sofinummers, de voornaam en de geslachtsnaam van alle natuurlijke personen met een rijbewijs of een bromfietscertificaat zijn opgenomen en welk bestand is verkregen van de Rijksdienst voor het Wegverkeer (hierna genoemd: RDW-bestand).
(…)
Op basis van het voorgaande verklaar ik, verbalisant, het volgende:
1. Op de afdruk van de microfiches van de KB Lux komt onder meer voor de naam:
[L] - [G] ou [L] .
2. Uit eerder onderzoek naar rekeninghouders van de KB Lux is komen vast te staan dat indien deze notatiewijze wordt gehanteerd er volgens de systematiek van de KB Lux sprake is van gehuwden, in casu: [L] , gehuwd met Mw. [G] .
3. Uit de match van het cliëntenbestand KB Lux met het BVR-bestand komt één hit voor, waarbij [belanghebbende] de partner is van [G] . Dit is [belanghebbende] , geboren op [geboortedatum 1] 1936, met sofinummer [aanslagnummer 1] , gehuwd met [G] , geboren op [geboortedatum 2] 1940, met sofinummer [aanslagnummer 2] .
4. Verder zie ik in het BVR-bestand dat de huwelijkse staat is ingegaan per [datum] 1963.
Conclusie:
Uit de match van de rekeninghouders, zoals vermeld op de microfiches van de KB Lux met de Belastingdienst ten dienste staande landelijke bestanden, komt slechts [belanghebbende] , gehuwd met [G] , als rekeninghouder in aanmerking.”