ECLI:NL:HR:2010:BM6102
Hoge Raad
- Cassatie
- D.H. Beukenhorst
- A. Hammerstein
- J.C. van Oven
- W.A.M. van Schendel
- W.D.H. Asser
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Formele rechtskracht en procesbelang bij bezwaar tegen vergunningverlening
In deze zaak gaat het om de formele rechtskracht van een besluit waarbij aan een derde een bouwvergunning is verleend. Eiser 1 en eiseres 2, beiden wonende te [woonplaats], hebben bezwaar gemaakt tegen dit besluit, maar zijn in hun beroep niet-ontvankelijk verklaard wegens gebrek aan procesbelang. De Hoge Raad bevestigt dat wanneer een met voldoende waarborgen omklede rechtsgang openstaat en deze door een rechtstreeks belanghebbende is gevolgd, het besluit formele rechtskracht heeft, zolang het niet is vernietigd, ingetrokken of herroepen. De Hoge Raad oordeelt dat de eisers in hun bezwaar en beroep geen processueel belang meer hadden, waardoor de burgerlijke rechter zich dient te onthouden van hernieuwde beoordeling van het processueel belang. De zaak betreft een bouwvergunning voor de bouw van zes vrijstaande woningen, die door de Gemeente Boxtel aan Aan de Stegge Roosendaal B.V. was verleend. De eisers vorderden schadevergoeding en een verklaring voor recht, maar hun vorderingen werden afgewezen. De Hoge Raad oordeelt dat de Gemeente niet aansprakelijk is, omdat de eisers hun recht om bezwaar te maken en beroep in te stellen volledig hebben benut. De beslissing van het hof om de formele rechtskracht van het besluit aan de eisers tegen te werpen, wordt door de Hoge Raad bevestigd. De Hoge Raad verwerpt het beroep en veroordeelt de eisers in de kosten van het geding in cassatie.