In deze zaak heeft eiseres, gevestigd te [vestigingsplaats], cassatieberoep ingesteld tegen het arrest van het gerechtshof Amsterdam van 10 oktober 2017, waarbij Carigna Investments N.V., gevestigd te Curaçao, als verweerder in cassatie is opgetreden. Eiseres heeft op 10 januari 2018 cassatieberoep ingesteld en op 12 januari 2018 een oproepingsbericht betekend aan het kantoor van de advocaat van Carigna. Carigna is echter niet verschenen in de cassatieprocedure, waarna eiseres verzocht heeft om verstekverlening.
De advocaat-generaal heeft op 23 februari 2018 geconcludeerd tot verstekverlening. De Hoge Raad heeft vervolgens de toelaatbaarheid van de kantoorbetekening van het rechtsmiddelexploot beoordeeld, met inachtneming van de regelgeving inzake digitaal procederen en de bepalingen van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). De Hoge Raad heeft vastgesteld dat de betekening van een exploot aan een advocaat in Nederland ook mogelijk is voor partijen die buiten Nederland woonachtig zijn, zoals in dit geval Carigna, die in Curaçao is gevestigd.
De Hoge Raad heeft geoordeeld dat er geen aanleiding is om te twijfelen aan de ontvangst van het exploot door Carigna, en heeft daarom verstek verleend. De beslissing is genomen met inachtneming van de relevante artikelen uit het Rv, waarbij de Hoge Raad de procedurele waarborgen heeft gerespecteerd. De datum waarop schriftelijke toelichting kan worden gegeven is vastgesteld op 15 juni 2018.