1 "Woonwagenpark bij Maastricht belastingparadijs", De Volkskrant van 16 februari 2004, blz. 2; "Fiscus liet kampers ongemoeid", Het Parool van 16 februari 2004, blz. 4; "Staatssecretaris hekelt belastingzwendel woonwagenkamp", Algemeen Dagblad van 18 februari 2004, blz. 3; "Onderzoek fiscus woonwagenpark", NRC Handelsblad van 18 februari 2004, blz. 1; "Fiscus gaat alsnog belasting heffen op woonwagenkamp", Het Financieele Dagblad van 25 februari 2004; "Fiscus creeert vrijstaten", Het Financieele Dagblad van 1 maart 2004; "Fiscus int geen geld uit angst voor geweld", Trouw van 1 maart 2004, blz. 2; "Boze burger wil ook kamperbonus", Algemeen Dagblad van 9 maart 2004, blz. 3.
2 Rechtbank Breda 25 november 2005, AWB 05/373.
3 Gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 22 februari 2006, nr. 04/00872.
4 Gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 5 oktober 2006, nr. 05/00592.
5 HR 22 november 2000, nr. 35601, BNB 2001/28; HR 2 november 2001, nr. 36157, BNB 2002/16, met noot Van Leijenhorst; HR 11 juni 2004, nr. 39009, BNB 2004/293, met noot Snoijink; HR 28 april 2006, nr. 40956, BNB 2006/215, met noot Snoijink.
6 Brief Staatssecretaris van Financiën van 10 maart 2004, nr. DGB 2004/1178, V-N 2004/15.4.
7 Handelingen II, 11 maart 2004, blz. 57-3781 t/m 57-3782.
8 Handelingen II, 11 maart 2004, blz. 57-3783.
9 Handelingen II, 11 maart 2004, blz. 57-3785 t/m 57-3786.
10 Handelingen II, 11 maart 2004, blz. 57-3786.
11 Brief aan de voorzitter van de Tweede Kamer van 3 juni 2004, nr. DGB2004-3005, V-N 2004/29.2, Kamerstukken II 2003/2004, 29643, nr. 2.
12 Brief aan de voorzitter van de Tweede Kamer van 3 juni 2004, nr. DGB2004-3005, blz. 3, V-N 2004/29.2, Kamerstukken II 2003/2004, 29643, nr. 2, blz. 2.
13 G.J. Wiarda, 3 typen van rechtsvinding, Deventer 1999, 4e druk, blz. 40.
14 Brief aan de voorzitter van de Tweede Kamer van 3 juni 2004, nr. DGB2004-3005, blz. 3/4, V-N 2004/29.2, Kamerstukken II 2003/2004, 29643, nr. 2, blz. 3.
15 Advies prof. Ch.P.A. Geppaart en prof. mr. M. Scheltema over contra legemhandelingen, bijlage 1 bij de brief van de Staatssecretaris van 3 juni 2004, par. 8, V-N 2004/29.2.
16 Brief aan de voorzitter van de Tweede Kamer van 3 juni 2004, nr. DGB2004-3005, blz. 20.
17 Brief aan de voorzitter van de Tweede Kamer van 3 juni 2004, nr. DGB2004-3005, blz. 22.
18 Brief aan de voorzitter van de Tweede Kamer van 3 juni 2004, nr. DGB2004-3005, blz. 23 en 24.
19 Brief aan de voorzitter van de Tweede Kamer van 3 juni 2004, nr. DGB2004-3005, blz. 25 en 26.
20 TK, vergaderjaar 1996-1997, 17050, nr. 201.
21 Brief aan de voorzitter van de Tweede Kamer van 3 juni 2004, nr. DGB2004-3005, blz. 34 en 35.
22 bij de berekening van de brutowinst werd geen rekening gehouden met kosten; aan het eind van het jaar werd afhankelijk van de hoogte van de omzet nog een forfaitair bedrag bijgeheven.
23 Zie ook P.J. Wattel, WPNR 1996/6217, blz. 220.
24 Werkinstructie voor de Belastingdienst 24 december 2004, V-N 2005/6.2.
25 Zie ook Ch.J. Langereis, Het gelijkheidsbeginsel als Angstgegner, in: Dat is verder geen probleem, Vriendenbundel Jaap Zwemmer, Amersfoort 2006, blz. 189.
26 Zie HR 24 september 1997, nr. 32144, BNB 1997/400, met noot Niessen; HR 27 augustus 1997, nr. 32387, BNB 1998/109, met noot Niessen.
27 Zie HR 13 december 1995, nr. 30420, BNB 1996/90, met noot Zwemmer.
28 Den Boer, Koopman en Wattel, Fiscaal commentaar, Algemeen belastingrecht, 1999, blz. 18.
29 Zie met name HR 17 juni 1992, nr. 26 777 en 27 048, BNB 1992/294 en 295, met noot Van Leijenhorst, en HR 15 maart 2000, nr. 34 740, BNB 2000/278, met noot Happé.
30 Conclusie van repliek in de samenhangende zaak van de uitspraak van het Hof 's-Hertogenbosch 22 februari 2006, nr. BK-04/00872, blz. 4/5, bijlage 4A bij het beroepschrift voor de Rechtbank.
31 Zie HR 24 september 1997, nr. 32144, BNB 1997/400, met noot Niessen; HR 27 augustus 1997, nr. 32387, BNB 1998/109, met noot Niessen.
32 Vgl. A.O. Lubbers, Als de rovers te bang zijn om te roven..., NTFR 2004/531, blz. 3; M.B.A. van Hout en M.F. de Wilde, Dubieuze deals met de fiscus en een boze burger, Forfaitair 2004/149, blz. 21.
33 Verweerschrift voor de Rechtbank, par. 6.4.3.
34 R.E.C.M. Niessen, Het verbod van belastingprivileges nieuw leven ingeblazen, WFR 2004/859.
35 Vgl. A.O. Lubbers, Als de rovers te bang zijn om te roven..., NTFR 2004/531, blz. 3; M.B.A. van Hout en M.F. de Wilde, Dubieuze deals met de fiscus en een boze burger, Forfaitair 2004/149, blz. 21.
36 Advies prof. Ch. P.A. Geppaart en prof. mr. M. Scheltema over contra legemhandelingen, bijlage 1 bij de brief aan de voorzitter van de Tweede Kamer van 3 juni 2004, nr. DGB2004-3005, V-N 2004/29.2, par. 5.
37 Vgl. M.B.A. van Hout en M.F. de Wilde, Dubieuze deals met de fiscus en een boze burger, Forfaitair 2004/149, blz. 22.
38 HR 12 mei 1999, nr. 33320, BNB 1999/271, na conclusie A-G Van den Berge, met noot Wattel (verhoging arbeidskostenforfait). In dat arrest ging het om schending van het gelijkheidsbeginsel als beginsel van behoorlijke wetgeving (strijd met art. 26 IVBPR). U oordeelde dat de wettelijke regeling discriminatoir was maar dat de rechter zelf niet in het rechtstekort behoorde te voorzien en dat vooralsnog aan de wetgever moest overlaten, in de veronderstelling dat de regering met de nodige spoed een wetsontwerp zou indienen dat recht zou doen aan de op de Nederlandse Staat rustende verplichtingen ex art. 26 IVBPR en 14 EVRM op dit punt. In HR 14 juni 2002, nr. 36265, BNB 2002/289, na conclusie Wattel, met noot Happé, oordeelde u dat de wetgever de in HR BNB 1999/271 geconstateerde rechtsongelijkheid met de nodige spoed had opgeheven en niet was gehouden de rechtsongelijkheid met terugwerkende kracht op te heffen tot vóór 1999 gelegen belastingjaren.
39 Vgl. J.W. van den Berge, Gelijkheid, de toepassing van het non-discriminatiebeginsel (art. 14 EVRM en art. 26 IVBPR), WFR 2000/6391, blz. 899.
40 De parlementaire geschiedenis van de Algemene wet bestuursrecht Eerste Tranche, samengesteld door E.J. Daalder en G.R.J. de Groot, Samson H.D. Tjeenk Willink, Alpen aan den Rijn 1993, blz. 351, r.k.
41 Nationale Ombudsman 7 december 2004, nr. 2004/468, NTFR 2004/1876, V-N 2005/2.28.
42 Vgl. HR 3 juli 1991, nr. 26464, BNB 1991/295, met noot Scheltens (inzake teruggave griffierecht); HR 18 juni 1997, nr. 32305, BNB 1997/282 (inzake proceskosten).